Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 24-11-2020, ECLI:NL:RBZWB:2020:5807, 02-665079-19

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 24-11-2020, ECLI:NL:RBZWB:2020:5807, 02-665079-19

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
24 november 2020
Datum publicatie
24 november 2020
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2020:5807
Formele relaties
Zaaknummer
02-665079-19

Inhoudsindicatie

“Verdachte heeft een snijdende beweging tegen de buikstreek/de zij en een stekende beweging in de richting van de nek van het slachtoffer gemaakt met een schaar. Dit heeft geleid tot een lange schaafwond op de romp en een kleine schaafwond op het achterhoofd. Verdachte had de relatief botte papierschaar in het midden tussen de tweegedeeltes vast, waarbij de schaar openstond. Dit betekent dat het deel van de schaar dat het slachtoffer heeft geraakt zodanig kort is geweest, dat het slachtoffer niet zonder meer zwaar kon worden verwond. De kans dat met een dergelijk klein gedeelte van de snijkant van een schaar vitale delen worden geraakt, is naar het oordeel van de rechtbank niet aannemelijk, laat staan dat het slachtoffer daardoor dodelijk kon worden getroffen.”

Uitspraak

Strafrecht

Zittingsplaats: Breda

Parketnummer: 02/665079-19

vonnis van de meervoudige kamer van 24 november 2020

in de strafzaak tegen

[verdachte]

geboren op [geboortedag] 1966 te [geboorteplaats]

wonende te [adres]

raadsman: mr. S. Weening, advocaat te Maastricht

1 Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 10 november 2020, waarbij de officier van justitie, mr. I.J.M. van der Hamsvoord, en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.

2 De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:

Feit 1

heeft geprobeerd [aangever] te doden dan wel zwaar lichamelijk letsel bij hem te veroorzaken door met een schaar stekende en/of snijdende bewegingen in de richting van zijn hals/nek en/of buikstreek en/of zij te maken;

Feit 2

[aangever] (indirect) heeft bedreigd door aan zijn secretaresse en/of ander kantoorpersoneel mede te delen dat hij hem zou dood maken.

3 De voorvragen

De dagvaarding is geldig.

De rechtbank is bevoegd.

De officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging.

Er is geen reden voor schorsing van de vervolging.

4 De beoordeling van het bewijs

5 De strafbaarheid

6 De strafoplegging

7 De benadeelde partij

8 De wettelijke voorschriften

9 De beslissing

10 Bijlage I

11 Bijlage II