Home

Rechtbank Rotterdam, 21-11-2022, ECLI:NL:RBROT:2022:10030, ROT 21/6087

Rechtbank Rotterdam, 21-11-2022, ECLI:NL:RBROT:2022:10030, ROT 21/6087

Gegevens

Instantie
Rechtbank Rotterdam
Datum uitspraak
21 november 2022
Datum publicatie
22 november 2022
ECLI
ECLI:NL:RBROT:2022:10030
Formele relaties
Zaaknummer
ROT 21/6087

Inhoudsindicatie

Veelprocedeerder. Verzetuitspraak zonder zitting. Opposant heeft in verzet aangevoerd dat sprake is van fascistische rechtspraak, mede omdat tevoren de naam van de rechter niet bekend is. Voorts heeft opposant aangevoerd dat de menselijke maat zoek is. De verzetrechter ziet aanleiding het verzet niet-ontvankelijk te verklaren omdat opposant zich niet alleen bij het instellen van beroep wegens niet tijdig beslissen, maar zich ook met het doen van verzet schuldig maakt aan misbruik van recht (vgl. ECLI:NL:RBROT:2020:9821). De verzetrechter volstaat met een verwijzing naar eerdere rechtspraak tussen partijen waarin is geoordeeld dat opposant zich met zijn vele openbaarmakingsverzoeken aan JRR schuldig maakt aan misbruik van recht (ECLI:NL:RVS:2017:3310; ECLI:NL:RVS:2018:3558 en ECLI:NL:RVS:2019:1655).

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Bestuursrecht

zaaknummer: ROT 21/6087

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 21 november 2022 als bedoeld in artikel 8:55 van de Algemene wet bestuursrecht op het verzet van

[Naam], te [Plaats], opposant,

tegen de uitspraak van de rechtbank van 16 maart 2022 (ECLI:NL:RBROT:2022:1866) in het geding tussen opposant en Stichting Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (JJR), over een beroep wegens niet tijdig beslissen.

Inleiding

1. Opposant heeft beroep ingesteld wegens het niet tijdig beslissen op een openbaarmakingsverzoek door JJR.

2. De rechtbank heeft op 16 maart 2022 bij uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het beroep niet-ontvankelijk verklaard.

3. Opposant heeft tegen deze uitspraak verzet gedaan.

Beoordeling

4. De verzetrechter doet uitspraak zonder zitting. Voor de motivering wijst de verzetrechter op eerdere rechtspraak waarbij opposant partij was (ECLI:NL:CRVB:2022:105 en ECLI:NL:RBROT:2020:9821). Voorts merkt de verzetrechter op dat hij ambtshalve bekend is met de schorsing van het onderzoek ter zitting op 14 oktober 2022 in een andere zaak van opposant, omdat opposant zonder toestemming geluidsopnamen maakte tijdens de zitting.

5. In de uitspraak waartegen verzet is gedaan, is het beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat opposant wegens misbruik van recht geen ontheffing van griffierecht wordt verleend, zodat hij in verzuim is het in de zaak verschuldigde griffierecht te voldoen. Ter motivering heeft de rechtbank gewezen op eerdere uitspraken in procedures tussen partijen. Voorts heeft de rechtbank opposant veroordeeld in de proceskosten van JRR wegens kennelijk onredelijk gebruik van procesrecht door opposant.

6. Opposant heeft in verzet aangevoerd dat sprake is van fascistische rechtspraak, mede omdat tevoren de naam van de rechter niet bekend is. Voorts heeft opposant aangevoerd dat de menselijke maat zoek is.

7. De verzetrechter ziet aanleiding het verzet niet-ontvankelijk te verklaren omdat opposant zich niet alleen bij het instellen van beroep wegens niet tijdig beslissen, maar zich ook met het doen van verzet schuldig maakt aan misbruik van recht (vgl. ECLI:NL:RBROT:2020:9821). De verzetrechter volstaat met een verwijzing naar eerdere rechtspraak tussen partijen waarin is geoordeeld dat opposant zich met zijn vele openbaarmakingsverzoeken aan JRR schuldig maakt aan misbruik van recht (ECLI:NL:RVS:2017:3310; ECLI:NL:RVS:2018:3558 en ECLI:NL:RVS:2019:1655).

8. Voor een proceskostenveroordeling in afwijking van de aangevochten uitspraak bestaat geen aanleiding.

Beslissing