Een leerling volgt geen beroepsgericht keuzevak dat inhoudelijk overeenkomt met een van de vier modules waaruit het profielvak van het door hem gekozen profiel is samengesteld.
Regeling beroepsgerichte keuzevakken vmbo
Regeling beroepsgerichte keuzevakken vmbo
Opschrift
Aanhef
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken,
Gelet op de artikelen 26j, eerste lid, 26k, derde en vijfde lid, en 26l, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, van het Inrichtingsbesluit WVO en artikel 27, eerste lid, artikel 28, derde en vijfde lid, en artikel 28a, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, van het Inrichtingsbesluit WVO BES;
Besluit:
Artikel 1. Definities
In deze regeling wordt verstaan onder:
beroepsgericht keuzevak: vak als bedoeld in artikel 2.24, derde lid, onderdeel b van de WVO 2020;
bevoegd gezag: bevoegd gezag als bedoeld in artikel 1.1 van de WVO 2020;
DUO: de Dienst Uitvoering Onderwijs;
medezeggenschapsraad: medezeggenschapsraad als bedoeld in artikel 3 van de Wet medezeggenschap op scholen;
minister: Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap;
profielvak: profielvak als bedoeld in artikel 2.21, eerste lid, of 2.25, eerste lid, van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020;
profielmodule: elk van één van de vier modules waaruit een profielvak is samengesteld;
school: school voor vbo of scholengemeenschap waarvan ten minste een school voor vbo deel uitmaakt;
vbo: voorbereidend beroepsonderwijs als bedoeld in artikel 2.7 van de WVO 2020;
WVO 2020: Wet voortgezet onderwijs 2020.
Artikel 2. Profielmodules als beroepsgericht keuzevak
Artikel 3. Melding van het voornemen tot ontwikkeling van een nieuw beroepsgericht keuzevak
Het bevoegd gezag meldt het voornemen tot ontwikkeling van een nieuw beroepsgericht keuzevak aan de Dienst Uitvoering Onderwijs, Postbus 30205, 2500 GE, Den Haag.
Het formulier voor de melding, bedoeld in artikel 2.30, vijfde lid, Uitvoeringsbesluit WVO 2020, wordt vastgesteld overeenkomstig bijlage 1.
Een volledige melding bestaat uit een volledig ingevuld formulier als bedoeld in het tweede lid, en een schriftelijke verklaring van kennisgeving van het voornemen aan de medezeggenschapsraad van de school.
De minister kan zich bij het advies, bedoeld in artikel 2.30, vierde lid, van het Uitvoeringsbesluit WVO 2020, laten adviseren door een onafhankelijke adviescommissie.