Home

Verordening op de advocatuur

Geldig van 1 juli 2022 tot 1 januari 2023
Geldig van 1 juli 2022 tot 1 januari 2023

Verordening op de advocatuur

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-07-2022 tot 01-01-2023]

Aanhef

Het college van afgevaardigden van de Nederlandse orde van advocaten,

Overwegende dat het uit een oogpunt van kenbaarheid en vermindering van regels wenselijk is de bestaande verordeningen te harmoniseren, te vereenvoudigen en in een verordening te integreren;

Gezien het voorstel van de algemene raad;

Gelet op de artikelen 4, vijfde lid, 9b, zesde lid, 9c, tweede lid, 9j, derde en vierde lid, 28, eerste en tweede lid, 32a, vijfde lid, 36a, vijfde lid, van de Advocatenwet;

Stelt de volgende verordening vast:

Hoofdstuk 1. Definities

Afdeling 1.1. Definities

Artikel 1.1. Definities

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • advocaat: de in Nederland ingeschreven advocaat;

  • advocaat bij de Hoge Raad: de advocaat, bedoeld in artikel 9j, eerste lid, van de Advocatenwet;

  • advocatenpas:het door de Nederlandse orde van advocaten verstrekte authenticatiemiddel met een elektronische component dat een set van eigenschappen bevat waarmee toegang kan worden verleend tot bepaalde beveiligde internetdiensten;

  • basistest: de test, bedoeld in artikel 3.14, eerste lid, onderdeel a;

  • beoefenaar van een toegelaten vrij beroep: een beroepsbeoefenaar als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, onderdelen b en c;

  • beroepsopleiding advocaten: de opleiding, bedoeld in artikel 9c, van de Advocatenwet;

  • buitenstagiaire: de stagiaire aan wie op grond van artikel 9b, derde lid, van de Advocatenwet vrijstelling is verleend van de verplichting bij een patroon kantoor te houden;

  • CCBE: Council of Bars and Law Societies of Europe;

  • certificaat beroepsopleiding: het bewijs, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel c, onder 2°, van de Advocatenwet, dat met gunstig gevolg het in artikel 9c, eerste lid, van de Advocatenwet bedoelde examen is afgelegd;

  • deken: de deken van de orde in het arrondissement, bedoeld in artikel 22, tweede lid, van de Advocatenwet;

  • derdengelden: gelden die een relatie hebben met de dienst die door de advocaat wordt verleend en die niet zijn bestemd voor de advocaat in het kader van zijn optreden in die hoedanigheid, maar voor de cliënt of een derde, uitgezonderd verschotten en griffierechten;

  • financiële resultaat: het totaal van de ontvangen hoofdsom, rente, kostenvergoedingen, inclusief vergoeding op grond van artikel 6:96 van het Burgerlijk Wetboek en (proces)kostenveroordelingen;

  • geaccrediteerde opleidingsinstelling: een opleidingsinstelling die de in artikel 3.25 bedoelde accreditatie heeft verkregen;

  • geheimhouder: een advocaat of een persoon met een van de advocaat afgeleide geheimhoudingsplicht en afgeleid verschoningsrecht;

  • geheimhoudernummer: een telefoon- of faxnummer dat doorgaans gebruikt wordt door geheimhouders voor vertrouwelijke communicatie;

  • gestructureerd intercollegiaal overleg: een gestructureerd overleg over vraagstukken met betrekking tot de dagelijkse praktijkvoering van advocaten;

  • houdster-rechtspersoon: een rechtspersoon die als feitelijke en statutaire activiteit heeft direct of indirect aandelen te houden in een praktijkrechtspersoon, lid te zijn van een coöperatie of op daarmee vergelijkbare wijze deel te nemen in een praktijkrechtspersoon;

  • intervisie: een gestructureerde en periodieke bespreking in een kleine groep hiërarchische gelijkwaardige professionals waarin dilemma’s en vragen over het eigen functioneren, de praktijkvoering en praktijkuitoefening centraal staan;

  • klacht: iedere schriftelijke uiting van ongenoegen van of namens de cliënt jegens de advocaat of de onder diens verantwoordelijkheid werkzame personen over de totstandkoming en de uitvoering van een overeenkomst van opdracht, de kwaliteit van de dienstverlening of de hoogte van de declaratie, niet zijnde een klacht als bedoeld in paragraaf 4 van de Advocatenwet;

  • onderwijsaanbieders: de aanbieder, bedoeld in artikel 3.24, de uitvoeringsorganisatie beroepsopleiding advocaten en een geaccrediteerde opleidingsinstelling;

  • patroon: de advocaat onder wiens begeleiding de stagiaire de praktijk uitoefent;

  • peer review: een gestructureerde inhoudelijke beoordeling van bij een advocaat in behandeling zijnde of behandelde dossiers door een reviewer, gevolgd door een gesprek tussen de advocaat en de reviewer;

  • praktijk uitoefenen in dienst: een advocaat die op grond van een arbeidsovereenkomst of aanstelling een werkgever heeft;

  • praktijkrechtspersoon: iedere op de uitoefening van de rechtspraktijk gerichte rechtspersoon die voldoet aan de in artikel 5.7 gestelde eisen, niet zijnde een houdster-rechtspersoon;

  • raad van de orde: de raad van de orde in het arrondissement, bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de Advocatenwet;

  • samenwerkingsverband: een samenwerkingsverband als bedoeld in artikel 5.3;

  • specifieke kosten: kosten verbonden aan de behandeling van een zaak, waaronder in ieder geval

    1. kosten gemaakt in opdracht van de advocaat voor medische adviezen en medische informatieverstrekking, toedrachtsonderzoeken of inschakeling van rekenbureaus, arbeidsdeskundigen en schade-experts; en

    2. reiskosten van de advocaat, kosten van getuigen en tolken, deurwaarderskosten, kosten van gerechtelijk of buitengerechtelijk tussen partijen benoemde deskundigen, griffierecht, alsmede het bedrag van de eventuele kostenveroordeling van de rechtzoekende;

  • stage: de uitoefening van de praktijk door een advocaat onder begeleiding van een patroon;

  • stagiaire: een advocaat die verplicht is zijn praktijk uit te oefenen onder begeleiding van een patroon;

  • stagiaire-ondernemer: de stagiaire die de praktijk voor eigen risico en rekening uitoefent;

  • stichting derdengelden: een stichting die ten doel heeft de derdengelden te beheren;

  • uitvoeringsorganisatie: de uitvoeringsorganisatie, bedoeld in artikel 3.23.

Hoofdstuk 2. Organisatie van de Nederlandse orde van advocaten

Afdeling 2.1. Raden en commissies

Paragraaf 2.1.1. Raad van advies

Artikel 2.1. Leden raad van advies
Artikel 2.2. Taakomschrijving raad van advies
Artikel 2.3. Benoeming leden raad van advies
Artikel 2.4. Werkwijze raad van advies

Paragraaf 2.1.2. Dekenberaad

Artikel 2.5. Leden dekenberaad
Artikel 2.6. Werkzaamheden dekenberaad
Artikel 2.7. Werkwijze dekenberaad

Paragraaf 2.1.3. Commissie cassatie

Artikel 2.8. Leden van de commissie cassatie
Artikel 2.9. Taakomschrijving commissie cassatie
Artikel 2.10. Benoeming leden commissie cassatie
Artikel 2.11. Werkwijze commissie cassatie

Paragraaf 2.1.4. Nederlandse delegatie, commissies en werkgroepen CCBE

Artikel 2.12. Leden delegatie, commissies en werkgroepen CCBE
Artikel 2.13. Taakomschrijving delegatie, commissies en werkgroepen CCBE
Artikel 2.14. Benoeming delegatie, commissieleden en werkgroepleden CCBE
Artikel 2.15. Werkwijze delegatie, commissie en werkgroep CCBE

Paragraaf 2.1.5. Adviescommissie regelgeving

Artikel 2.16. Leden adviescommissie regelgeving
Artikel 2.17. Taakomschrijving adviescommissie regelgeving
Artikel 2.18. Benoeming leden adviescommissie regelgeving
Artikel 2.19. Werkwijze adviescommissie regelgeving

Paragraaf 2.1.5a. Adviescommissie beroepsopleiding advocaten

Artikel 2.19a. Leden adviescommissie beroepsopleiding advocaten
Artikel 2.19b. Taakomschrijving adviescommissie beroepsopleiding advocaten
Artikel 2.19c. Benoeming leden adviescommissie beroepsopleiding advocaten
Artikel 2.19d. Werkwijze adviescommissie beroepsopleiding advocaten

Paragraaf 2.1.6. Overige adviescommissies

Artikel 2.20. Leden overige adviescommissies
Artikel 2.21. Taakomschrijving overige adviescommissies
Artikel 2.22. Benoeming leden overige adviescommissies
Artikel 2.23. Werkwijze overige adviescommissies

Paragraaf 2.1.6a. Commissie disciplinaire rechtspraak

Artikel 2.23a. Leden commissie disciplinaire rechtspraak
Artikel 2.23b. Taakomschrijving commissie disciplinaire rechtspraak
Artikel 2.23c. Benoeming leden commissie disciplinaire rechtspraak
Artikel 2.23d. Werkwijze commissie disciplinaire rechtspraak

Paragraaf 2.1.7. Verslag en ondersteuning

Artikel 2.24. Verslag van werkzaamheden
Artikel 2.25. Secretariaat commissies

Afdeling 2.2. Inkomsten en uitgaven

Paragraaf 2.2.1. Bijdragen aan de Nederlandse orde van advocaten

Artikel 2.26. Verschuldigdheid financiële bijdrage
Artikel 2.27. Voorstel hoogte financiële bijdrage

Paragraaf 2.2.2. Opleidings- en examengelden

Artikel 2.28. Opleidings- en examengeld beroepsopleiding advocaten
Artikel 2.29. Kosten examen en proeve van bekwaamheid cassatie

Paragraaf 2.2.3. Vacatiegelden en kostenvergoedingen

Artikel 2.30. Vergoeding algemene raad
Artikel 2.31. Rechthebbenden vacatiegeld en reiskostenvergoeding
Artikel 2.32. Rechthebbenden reiskostenvergoeding
Artikel 2.33. Verblijfskostenvergoeding
Artikel 2.34. Andere rechthebbenden
Artikel 2.35. Hoogte vacatiegeld en reiskostenvergoeding
Artikel 2.36. Nadere regels wijze declaratie

Paragraaf 2.2.4. Subsidie ondersteuning tuchtcolleges

Artikel 2.36a. Reikwijdte
Artikel 2.36b. Overeenkomstige toepassing
Artikel 2.36c. Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud
Artikel 2.36d. Subsidieaanvraag
Artikel 2.36e. Egalisatiereserve
Artikel 2.36f. Subsidieverlening
Artikel 2.36g. Verplichtingen en toestemming
Artikel 2.36h. Verantwoording en subsidievaststelling

Afdeling 2.3. Arbeidsvoorwaarden medewerkers college van toezicht

Artikel 2.37. Arbeidsvoorwaarden medewerkers college van toezicht

Hoofdstuk 3. Stage

Afdeling 3.1. Stage

Paragraaf 3.1.1. Algemeen

Artikel 3.1. Aanvang stage
Artikel 3.2. Voltooide stage
Artikel 3.3. Deeltijd
Artikel 3.4. Stage geëindigd of opgeschort

Paragraaf 3.1.2. Goedkeuring stage en patroon

Artikel 3.5. Goedkeuring stage en patroon
Artikel 3.5a. Cursus voor patroons
Artikel 3.6. Beoordeling aanvraag goedkeuring
Artikel 3.7. Bemiddeling bij zoeken patroon

Paragraaf 3.1.3. Verplichtingen stagiaire

Artikel 3.8. Verplichtingen stagiaire
Artikel 3.9. Praktijkervaring stagiaire
Artikel 3.10. Activiteiten in arrondissement
Artikel 3.11. Buitenstagiaire of stagiaire-ondernemer
Artikel 3.12. Liquiditeit en boekhouding stagiaire-ondernemer

Paragraaf 3.1.4. Verplichtingen patroon

Artikel 3.13. Verplichtingen patroon

Afdeling 3.2. Beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.14. Indeling beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.15. Curriculum en opleidingsreglement

Artikel 3.15a. Examenreglement

Artikel 3.16. Toelating tot beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.17. Deelname onderwijs

Artikel 3.18 [Vervallen per 01-01-2021]

Artikel 3.19. Examinering

Artikel 3.20 [Vervallen per 01-01-2021]

Artikel 3.21. Certificaat

Artikel 3.22. Terme de grâce

Afdeling 3.2a. Kwaliteits- en accreditatiekader beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.22a

Afdeling 3.3. Organisatie beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.23. Aanbieder basistest

Artikel 3.24. Uitvoeringsorganisatie beroepsopleiding advocaten

Afdeling 3.4. Accreditatie beroepsopleiding advocaten

Artikel 3.25. Accreditatie beroepsopleiding advocaten

Hoofdstuk 4. Vakbekwaamheid van de advocaat

Afdeling 4.1. Vakbekwaamheid

Paragraaf 4.1.1. Algemeen

Artikel 4.1. Deskundigheid

Paragraaf 4.1.2. Professionele kennis en kunde

Artikel 4.2. Reikwijdte
Artikel 4.3. Professionele kennis en kunde
Artikel 4.3a. Kwaliteitstoetsen
Artikel 4.3b. Gestructureerd intercollegiaal overleg
Artikel 4.4. Opleidingspunten
Artikel 4.5. Inhaalverplichting
Artikel 4.6. Herintredersregeling
Artikel 4.7. Langdurige ziekte of zwangerschap

Afdeling 4.2. Vakbekwaamheidseisen cassatie

Paragraaf 4.2.1. Verkrijgen hoedanigheid ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken

Artikel 4.7a [Vervallen per 01-02-2020]
Artikel 4.8. Aantekening ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken
Artikel 4.9. Verklaring ten behoeve van de voorwaardelijke aantekening ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken
Artikel 4.10. Weigering nieuw verzoek tot afgifte van een verklaring ten behoeve van de voorwaardelijke aantekening ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken
Artikel 4.11. Bewijsstuk ten behoeve van de onvoorwaardelijke aantekening

Paragraaf 4.2.2. Behouden hoedanigheid ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken

Artikel 4.12. Bekwaamheid cassatie
Artikel 4.13. Opleidingseisen
Artikel 4.14. Praktijkeisen

Paragraaf 4.2.3. Verliezen hoedanigheid ‘advocaat bij de Hoge Raad’ in burgerlijke zaken

Artikel 4.15. Doorhaling voorwaardelijke aantekening
Artikel 4.16. Gevolg doorhaling aantekening

Hoofdstuk 5. Praktijkstructuren

Afdeling 5.1. Algemeen

Artikel 5.1. In gevaar brengen vrijheid en onafhankelijkheid

Artikel 5.2. Wijzen van uitoefening van de praktijk

Afdeling 5.2. Samenwerking

Artikel 5.3. Samenwerkingsverband

Artikel 5.4. Toegestane samenwerkingsverbanden

Artikel 5.5. Naamgeving

Afdeling 5.3. Bestuurders

Artikel 5.6. Bestuurders van samenwerkingsverbanden en rechtspersonen

Afdeling 5.4. Rechtspersonen

Artikel 5.7. Oprichten van praktijkrechtspersoon

Artikel 5.8. Aandeelhouderschap en stemrecht

Afdeling 5.5. Praktijkuitoefening in dienst

Paragraaf 5.5.1. Bescherming kernwaarden bij dienstverbanden

Artikel 5.9. Toegestane dienstverbanden
Artikel 5.10. Toegestane organisaties met ideële doelstelling
Artikel 5.11. Verzekerde rechtsbijstand
Artikel 5.12. Professioneel statuut
Artikel 5.13. Voorkomen tegenstrijdige belangen
Artikel 5.14. Kenbare hoedanigheid
Artikel 5.15. Informeren deken bij praktijkuitoefening in dienst

Paragraaf 5.5.2. Experiment rechtsbijstandsverzekeraars

Artikel 5.16. Experiment en voorwaarden deelname
Artikel 5.17. Informeren ten behoeve van de evaluatie

Hoofdstuk 6. Kantoororganisatie

Afdeling 6.1. Interne organisatie en beschrijving werkwijze

Artikel 6.1. Reikwijdte

Artikel 6.2. Inrichten organisatie en dienstverlening

Artikel 6.3. Aannemen zaken

Artikel 6.4. Beschrijving werkwijze

Afdeling 6.2. Administratie

Artikel 6.5. Administratieplicht

Afdeling 6.3. Geheimhoudernummers

Paragraaf 6.3.1. Doel registreren geheimhoudernummers

Artikel 6.6. Doel registratie

Paragraaf 6.3.2. Verstrekking geheimhoudernummers

Artikel 6.7. Verstrekking aan centrale opsporingsinstanties
Artikel 6.8. Verstrekken aan derden
Artikel 6.9. Verwerking kennisgevingen geheimhoudernummers

Paragraaf 6.3.3. Opgave geheimhoudernummers

Artikel 6.10. Opgave geheimhoudernummers
Artikel 6.11. Zorgplicht geheimhoudernummers
Artikel 6.12. Misbruik of verlies opgegeven geheimhoudernummers

Afdeling 6.4. Advocatenpas en authenticatiemiddel

Artikel 6.13. Advocatenpas

Artikel 6.14. Gemachtigden

Artikel 6.15. Informeren bij vermissing, diefstal of schade

Artikel 6.16. Selectie leveranciers en nadere regels

Artikel 6.17. Informatie door secretaris van de algemene raad

Artikel 6.17a. In bewaring geven advocatenpas

Afdeling 6.5. Derdengelden

Paragraaf 6.5.1. Derdengelden

Artikel 6.18. Reikwijdte derdengelden
Artikel 6.19. Derdengelden
Artikel 6.20. Waardepapieren en kostbaarheden

Paragraaf 6.5.2. Stichting derdengelden

Artikel 6.21. Beschikbaarheid stichting derdengelden
Artikel 6.22. Eisen stichting derdengelden
Artikel 6.23. Bestuurder stichting derdengelden

Afdeling 6.6. Beroepsaansprakelijkheid

Artikel 6.24. Beroepsaansprakelijkheidsverzekering

Artikel 6.25. Dekking van verzekering

Artikel 6.26. Beperking aansprakelijkheid

Afdeling 6.7. Betalingen aan en door advocaat

Artikel 6.27. Betalingen aan en door advocaat

Afdeling 6.8. Klachten en geschillen

Artikel 6.28. Kantoorklachtenregeling

Artikel 6.29. Geschilbeslechting

Artikel 6.30. Klachtregistratie

Afdeling 6.9. Registratie rechtsgebieden

Artikel 6.31. Reikwijdte

Artikel 6.32. Registratie rechtsgebiedenregister

Afdeling 6.10. Tableau

Artikel 6.32a. Controle gegevens tableau

Hoofdstuk 7. Relatie advocaat – cliënt

Afdeling 7.1. Controle door advocaat

Artikel 7.1. Controle identiteit cliënt en wettigheid opdracht

Artikel 7.2. Twijfel identiteit cliënt

Artikel 7.3. Weigeren dienstverlening

Afdeling 7.2. Communicatie algemeen

Artikel 7.4. Informatieverstrekking

Artikel 7.5. Opdrachtbevestiging

Afdeling 7.3. Cassatieadvies civiel

Artikel 7.6. Adviseren cliënt inzake civiele cassatie

Afdeling 7.4. Resultaatgerelateerd honorarium

Paragraaf 7.4.1. Verbod op resultaatgerelateerd honorarium

Artikel 7.7. Verbod op resultaatgerelateerd honorarium

Paragraaf 7.4.2. Incassotarief

Artikel 7.8. Uitzondering incassotarief

Paragraaf 7.4.3. Experiment letsel- en overlijdensschadezaken

Artikel 7.9. Voorwaarden letsel- en overlijdensschadezaken
Artikel 7.10. Vergoeding advocaat
Artikel 7.11. Bijzondere normen advocaat
Artikel 7.12. Inhoud overeenkomst
Artikel 7.13. Informeren deken over resultaatgerelateerd honorarium

Hoofdstuk 8. Besluitvorming en rechtsbescherming

Artikel 8.1. Beschikkingen onder voorwaarden

Artikel 8.2. Uitsluiten toepassing lex silencio positivo

Artikel 8.3. Administratief beroep

Artikel 8.4 [Vervallen per 01-07-2017]

Hoofdstuk 9. Overgangsrecht

Afdeling 9.1. Stage

Artikel 9.1. Overgangsrecht Stageverordening

Artikel 9.2. Omhangbepaling Stageverordening 2012

Artikel 9.2a. Overgangsrecht beroepsopleiding advocaten 2020

Artikel 9.2b. Overgangsrecht geaccrediteerde opleidingsinstelling

Afdeling 9.2. Samenwerking

Artikel 9.3. Overgangsrecht bestuurders en statuten

Afdeling 9.2a. Cassatie in burgerlijke zaken

Artikel 9.3a. Overgangsrecht cassatie in burgerlijke zaken

Hoofdstuk 10. Slotbepalingen

Artikel 10.1. Intrekken van bestaande verordeningen

Artikel 10.2. Intrekken van bestaande regelingen

Artikel 10.3. Einde experiment letsel- en overlijdensschadezaken

Artikel 10.4. Einde experiment rechtsbijstandsverzekeraars

Artikel 10.5. Inwerkingtreding

Artikel 10.6. Citeertitel