Home

Wet privatisering RBB

Geldig van 15 mei 1996 tot 22 mei 1996
Geldig van 15 mei 1996 tot 22 mei 1996

Wet privatisering RBB

Opschrift

[Regeling treedt in werking op 22-05-1996]
[Regeling ingetrokken per 14-11-2007]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat de Staat der Nederlanden overgaat tot oprichting van de naamloze vennootschap N.V. RBB waarin de vermogensbestanddelen van de Staat die worden toegerekend aan de Rijks Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsveiligheidsdienst worden ingebracht;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1 [Nog niet in werking]

In deze wet wordt verstaan onder:

  1. Onze Minister: Onze Minister van Binnenlandse Zaken;

  2. N.V. RBB: de naamloze vennootschap, genoemd in artikel 2;

  3. de overgangsdatum: de datum van oprichting van de N.V. RBB;

  4. het personeelslid: degene die op de dag voorafgaand aan de overgangsdatum in dienst is bij de Rijks Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsveiligheidsdienst hetzij als ambtenaar, hetzij op arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht.

Artikel 2 [Nog niet in werking]

1.

Onze Minister wordt gemachtigd om namens de Staat der Nederlanden op te richten de naamloze vennootschap N.V. RBB waarop van toepassing zijn de artikelen 158 tot en met 164 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, welke vennootschap tot voornaamste doelstelling zal hebben het als dienst, als bedoeld in artikel 17 van de Arbeidsomstandighedenwet, uitoefenen van de taken, bedoeld in artikel 18 van genoemde wet.

2.

Onze Minister wordt gemachtigd om namens de Staat deel te nemen in verdere plaatsing van kapitaal door de N.V. RBB.

Artikel 3 [Nog niet in werking]

1.

De vermogensbestanddelen van de Staat welke aan de Rijks Bedrijfsgezondheids- en Bedrijfsveiligheidsdienst worden toegerekend gaan op de overgangsdatum onder algemene titel van rechtswege over op de N.V. RBB.

2.

De in het eerste lid geregelde overgang van vermogensbestanddelen wordt aangemerkt als storting op aandelen van de Staat in, respectievelijk als storting op geldleningen van de Staat aan de N.V. RBB.

3.

Onze Minister stelt in overeenstemming met Onze Minister van Financiën vast tot welke bedragen de in het tweede lid bedoelde inbreng als storting op geldleningen worden aangemerkt, daarbij tevens bepalend welk gedeelte van deze geldleningen als achtergesteld wordt aangemerkt.

4.

Onze Minister van Financiën doet van de in het eerste lid bedoelde vermogensbestanddelen door een registeraccountant een verklaring opstellen, die door de N.V. RBB wordt neergelegd ten kantore van het register, bedoeld in artikel 69, eerste lid van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van de plaats waar zij volgens haar statuten haar zetel heeft.

5.

Artikel 94a, eerste en tweede lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is op de oprichting van de N.V. RBB van toepassing.

6.

Ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde vermogensbestanddelen welke in openbare registers te boek zijn gesteld, zal verandering van de tenaamstelling in die registers plaatsvinden. De daartoe nodige opgaven worden door de zorg van Onze Minister van Financiën aan de bewaarders van de desbetreffende registers gedaan.

Artikel 4 [Nog niet in werking]

Artikel 5 [Nog niet in werking]

Artikel 6 [Nog niet in werking]

Artikel 7 [Nog niet in werking]

Artikel 8 [Nog niet in werking]

Artikel 9 [Nog niet in werking]