Rechtbank Rotterdam, 20-09-2021, ECLI:NL:RBROT:2021:9059, 9356081
Rechtbank Rotterdam, 20-09-2021, ECLI:NL:RBROT:2021:9059, 9356081
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Rotterdam
- Datum uitspraak
- 20 september 2021
- Datum publicatie
- 22 september 2021
- ECLI
- ECLI:NL:RBROT:2021:9059
- Zaaknummer
- 9356081
Inhoudsindicatie
Wedertewerkstelling toegewezen. Geen zwaarwegende belangen die non-actiefstelling rechtvaardigen. Ook rectificatie van eerdere berichtgeving aan collega's
Uitspraak
zaaknummer: 9356081 VV EXPL 21-319
uitspraak: 20 september 2021
vonnis in kort geding ex artikel 254 lid 4 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
[eiser] ,
wonende te [woonplaats eiser] ,
eiser bij exploot van dagvaarding van 27 juli 2021,
gemachtigde: mr. L. Hennink,
tegen
de naamloze vennootschap
Rotterdamse Electrische Tram N.V.
gevestigd te Rotterdam,
gedaagde,
gemachtigde: mr. A.M. Smits.
Partijen worden hierna aangeduid als “ [eiser] ” en “de RET”.
1. Het verloop van de procedure
De kantonrechter heeft kennisgenomen van de volgende processtukken:
- -
-
de dagvaarding met producties;
- -
-
de producties van de RET d.d. 24 augustus 2021;
- -
-
de pleitnota van de RET.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 25 augustus 2021. [eiser] is in persoon verschenen, bijgestaan door de gemachtigde. Namens de RET is [naam 1] verschenen, eveneens bijgestaan door de gemachtigde.
Van het verhandelde ter zitting heeft de griffier aantekeningen gehouden.
Ter zitting hebben partijen verzocht de procedure aan te houden teneinde te trachten alsnog een minnelijke regeling te bereiken. Per e-mailbericht d.d. 2 september 2021 heeft de gemachtigde van [eiser] bericht dat partijen geen overstemming hebben kunnen bereiken.
De uitspraak van het vonnis is bepaald op heden.
2. De vaststaande feiten
De kantonrechter gaat uit van de volgende feiten:
[eiser] , geboren op [geboortedatum eiser] , is in januari 2011 in dienst getreden bij RET, in de functie van [naam functie 1] . Onder hem vallen ruim 30 werknemers, waaronder circa 26 monteurs.
Binnen de afdeling Energievoorziening hebben veel personele wisselingen plaatsgevonden zowel aan de top als op de werkvloer. Tot 2016 was [naam 2] leidinggevende van [eiser] en van 2017-2020 was [naam 3] leidinggevende van [eiser] .
In de functioneringsverslagen van de afgelopen jaren (2014 tot 2020) is het functioneren van [eiser] beoordeeld als normaal/voldoende/ goed tot zeer goed. Ook is genoemd dat [eiser] nader moet ontwikkelen in zijn leiderschapsstijl. Daarnaast investeert [eiser] ook tijd in zijn eigen verdere ontwikkeling en heeft hij een opleiding tot Professioneel Coach gevolgd.
Op 1 april 2021 is de nieuwe leidinggevende van [eiser] , [naam 1] , (hierna: [naam 1] ) bij RET in dienst getreden als [naam functie 2] . Onder de [naam functie 2] vallen een viertal chefs, waaronder [eiser] .
Op 5 mei en 11 mei 2021 heeft een gesprek tussen [eiser] en zijn nieuwe leidinggevende plaatsgevonden.
Het gesprek van 11 mei 2021 wordt door [naam 1] bij brief van 18 mei 2021 bevestigd. Als aanhef boven de brief staat: “Ongewenste omgangsvormen (fysieke en mentale mishandeling) op de afdeling EV”.
Aanvankelijk heeft [eiser] op de brief van 18 mei 2021 gereageerd door handgeschreven aanmerkingen op te plaatsen. Daarna heeft [eiser] bij brief van 20 juni 2021 gedetailleerd gereageerd op de brief van 18 mei 2021.
Bij e-mailbericht van 21 juni 2021 deelt [naam 1] [eiser] het volgende mee:
“Je schriftelijke reactie heb ik doorgezet naar HR.
Op maandag 7 juni hebben wij inhoudelijk het eerder verzonden gespreksverslag besproken. Ik heb mijn inhoudelijke interpretatie van het verslag met jou gedeeld en jij hebt daarop jouw visie gegeven. Ik heb het gesprek afgesloten met 3 concrete verbeterpunten die ik van jou verwacht. Hier moet de komende perioden hard aan gewerkt worden.
1. Capaciteit van EV Tractie op orde:
o invullen van de openstaande vacatures;
o zieke medewerkers volledig hersteld;
2. Zichtbaar en dienend leiderschap om de afstand naar Productiechefs en Onderhoudsspecialisten te verkleinen:
o bij escalaties vanuit medewerkers deze opvolgen in plaats van deze terugleggen bij deze medewerkers;
o werkplekinspecties conform VCA-eis uitvoeren. Het aantal WPI's die de chef moet uitvoeren is niet helder omschreven. De 3 leidinggevenden moeten voor hun subafdeling totaal 26 WPI's uitvoeren. 26/3 = 8,7. Van [eiser] worden 9 WPI's per jaar verwacht. Hij heeft er al 3 uitgevoerd. Nog 6 te gaan;
o Evalueren van de werkinrichting 'Noord-Zuid' met de Productiechefs en bespreken met de Werkverantwoordelijke EV [naam 4] ;
3. Eigenaarschap en verantwoordelijkheidsgevoel bij medewerkers vergroten
o In gesprek gaan met monteurs tijdens periodieke werkbezoeken. Periodiek is in dit geval 1 werkbezoek per maand [dit is exclusief de nog uit te voeren WPI's).
De bovenstaande punten worden tussentijds geëvalueerd in de twee wekelijkse bila. Uiteindelijk met een eindconclusie in het functioneringsgesprek dat we in oktober 2021 zullen voeren”.
Op 23 juni 2021 heeft [eiser] gereageerd en bezwaar gemaakt tegen het verbetertraject en aangegeven graag in gesprek te willen gaan.
Op 2 juli 2021 is [eiser] uitgenodigd voor een gesprek op 6 juli 2021. Dit gesprek is verplaatst naar 12 juli, omdat [eiser] aanwezig wilde (en trouwens ook diende te zijn) bij het afscheid van een werknemer.
Tijdens het gesprek op 12 juli 2021 is [eiser] op non-actief gezet. Een schriftelijke bevestiging van die maatregel is niet onmiddellijk aan [eiser] verstrekt.
Via collega’s heeft [eiser] een e-mail van 13 juli 2021 gekregen, afkomstig van [naam 1] , verzonden aan circa 140 werknemers van de RET, met de volgende inhoud:
“Beste mensen,
Langs deze weg wil ik jullie informeren over een vervelende, doch noodzakelijke, ontwikkeling.
Gisterochtend heb ik samen met HR een gesprek gehad met [eiser] , Chef EV.
Redenen voor dit gesprek zijn de ernstige zorgen die er zijn t. a. v. de situatie op de afdeling EV.
Zowel binnen als buiten de afdeling IS hebben collega's hun zorgen geuit naar mij, de OR, Bedrijfsarts en Directie over de gang van zaken op de afdeling.
Om de rust bij EV terug te krijgen en het verder te kunnen ontwikkelen naar een gezonde en succesvolle afdeling waar mensen zich vooral ook prettig voelen, is een andere type leiderschapsstijl nodig: zichtbaar en dienend leiderschap.
Daarom hebben we besloten om [eiser] per direct van zijn functie te halen en hem vrij te stellen van werk. Na [eiser] zijn vakantie wordt er een gesprek gepland over zijn toekomst.
We gaan in de tussentijd op zoek naar een [tijdelijke] vervanger. Ik heb de goede hoop dat na de vakantie, eind augustus, een geschikte kandidaat zal starten.
Tot die tijd neem ik de afdeling samen met [naam 5] en [naam 4] [Productiechefs) waar.
Met vriendelijke groet,
[naam 1]
[naam functie 2] ".
Bij e-mailbericht van 14 juli 2021 heeft de gemachtigde van [eiser] aan RET om het dossier betreffende de klachten verzocht. De RET heeft hierop niet gereageerd.
Bij e-mailbericht van 15 juli 2021 heeft de gemachtigde van [eiser] namens hem tegen de non-actief stelling geprotesteerd en aan RET verzocht een rectificatie te sturen aan allen die zijn geïnformeerd, waarin wordt duidelijk gemaakt dat [eiser] zijn functie wel behoudt, bij gebreke waarvan een kort geding strekkende tot wedertewerkstelling in het vooruitzicht is gesteld indien RET aan die eisen niet voldoet, uiterlijk de volgende dag vóór 16.00 uur.
Bij brief van 15 juli 2021 heeft [naam 1] het volgende aan [eiser] laten weten: “Maandag 12 juli 2021 hebben wij samen met elkaar gesproken. Bij dit gesprek was ook personeelsadviseur [naam 6] aanwezig. Dit schrijven betreft een schriftelijke (verkorte) vastlegging van hetgeen besproken is.
Ik heb het gesprek geopend met de boodschap dat besloten is dat je niet langer de functie van [naam functie 1] zal uitvoeren. Dit besluit gaat in met ingang van maandag 12 juli 2021. Zoals toegelicht is deze beslissing genomen omdat er grote zorgen zijn over de continuering van de bedrijfsvoering van de afdeling energievoorziening.
Tijdens het gesprek heb jij gevraagd of ik nog inhoudelijk ga reageren op jouw eerder verstuurde mails/brieven. Ik heb aangegeven dat ik hier nu niet verder over wil discussiëren omdat mijn prioriteit/ volle aandacht nu gericht is op de afdeling Energievoorziening.
We hebben afgesproken om na jouw vakantie (16 juli tot 6 augustus 2021) verder in gesprek te gaan over een eventuele andere rol binnen de RET. Voor de periode tot aan dit vervolggesprek geldt dat je vanaf heden vrijgesteld bent van het verrichten van werkzaamheden. Je ontvangt nog nader bericht over wanneer wij met elkaar verder in gesprek zullen gaan. Gebruik de komende week vooral ook om rustig over alles na te denken en ik hoop dat je - ondanks dit besluit – een fijne vakantie zal hebben. Blijf gezond en we spreken elkaar nadien”.
Op 22 juli 2021 heeft de gemachtigde van de RET gereageerd en te kennen gegeven dat aan de feitelijke gang van zaken niets verandert. Er is vermeld dat partijen na de vakanties verder met elkaar in gesprek gaan.
Op 24 augustus 2021 heeft RET de functie van Technisch Specialist aan [eiser] aangeboden.
3. Het geschil
[eiser] vordert in kort geding, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
a. RET te veroordelen om [eiser] binnen 24 uur na betekening van dit vonnis in staat te stellen om zijn werkzaamheden, alsmede het daarbij behorende verantwoordelijkheden- en bevoegdhedenpakket te verrichten op een wijze zoals [eiser] dat in ieder geval tot 12 juli 2021 deed en om [eiser] daarin te faciliteren en te ondersteunen, althans om een zodanige voorziening te treffen als de kantonrechter in goede justitie gerade acht;
RET te veroordelen om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis de navolgende tekst per e-mail aan alle e-mailadressen vermeld op de e-mail van [naam 1] van 13 juli 2021, 15.42 uur, welke als productie 10 bij de dagvaarding is gevoegd, een en ander ter rectificatie dan wel nuancering van eerdere berichtgeving omtrent de positie van [eiser] :
"Ik heb u eerder medegedeeld dat [eiser] van zijn functie is gezet en dat hij is vrij gesteld van werk. Dit is een onjuiste mededeling geweest, waarvoor ik mijn excuses aanbied. Om aan alle onduidelijkheid in deze een einde te maken, wil ik benadrukken, dat [eiser] met onmiddellijke ingang zijn eigen taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zal oppakken zoals hij dat immer deed.
Met het vorenstaande vertrouw ik erop eventuele onduidelijkheden te hebben
weggenomen.
Met vriendelijke groet,
[naam 1] ";
c. Indien door de RET niet wordt voldaan aan het onder a en b gevorderde RET te
veroordelen tot betaling van een dwangsom aan [eiser] van een dwangsom van € 25.000,-- voor iedere dag of gedeelte daarvan dat de RET in gebreke blijft om aan dit vonnis te voldoen, alsmede voor iedere dag (een deel van een dag voor een gehele dag rekenend) dat het verzuim voortduurt;
d. RET te veroordelen in de kosten van de procedure.
RET heeft verweer gevoerd tegen de vordering van [eiser] .
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.