Home

Rechtbank Rotterdam, 22-12-2016, ECLI:NL:RBROT:2016:9943, 5422366

Rechtbank Rotterdam, 22-12-2016, ECLI:NL:RBROT:2016:9943, 5422366

Inhoudsindicatie

Arbeidsrecht. Ontbinding arbeidsovereenkomst. Detentie.

Uitspraak

zaaknummer: 5422366 VZ VERZ 16-20737

uitspraak: 22 december 2016

beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid DFDS Seaways B.V.,

gevestigd te Vlaardingen,

verzoekster,

gemachtigde: mr. J.D. de Rooij te Rotterdam,

tegen

[verweerder] ,

wonende te [plaatsnaam],

verweerder,

gemachtigde: mr. J. Kaldenberg te Den Haag.

Partijen worden hierna ‘DFDS’ en ‘[verweerder]’ genoemd.

1 Het verloop van de procedure

De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift, ontvangen op 5 oktober 2016 (en van de brieven met aanvullende producties van 9 en 22 november 2016 en 5 december 2016) en van het verweerschrift, ontvangen op 17 november 2016 (en van de brief met aan-vullende producties van 23 november 2016).

De mondelinge behandeling vond plaats op 8 december 2016. Namens DFDS zijn versche-nen de heer [B.] (operationeel directeur) en mevrouw [K.] (personeelsmana-ger), met de gemachtigde van DFDS mr. J.D. de Rooij. [verweerder] is eveneens verschenen, met zijn ouders en met zijn gemachtigde mr. J. Kaldenberg.

2 De feiten

Er wordt uitgegaan van de volgende feiten:

2.1

[verweerder] (geboren op [geboortedatum]) is sinds 1 november 2003 in dienst bij DFDS.

2.2

[verweerder] is op 23 augustus 2015 gearresteerd. Hij heeft sindsdien geen werk meer verricht voor DFDS. De rechtbank Den Haag heeft [verweerder] op 27 mei 2016 veroordeeld tot vier jaar gevangenisstraf voor een poging tot doodslag op een agent, bedreiging van een andere agent en mishandeling van zijn vriendin. [verweerder] is in hoger beroep gegaan tegen dit vonnis. Het hoger beroep loopt nog.

2.3

Een anonieme werknemer van DFDS verklaart op 13 september 2016:

Ik ben een collega van [verweerder] die nu gedetineerd is en door de rechtbank in Den Haag tot vier jaar gevangenisstraf is veroordeeld. Tijdens al zijn dienstjaren ben ik ook al in dienst van DFDS. Ik zag hem tot de dag waarop hij werd gearresteerd in augustus 2015 regelmatig op de werkvloer. [verweerder] is de persoon die enerzijds charmant kan zijn en anderzijds een relschopperstype is. Dan is hij berekenend en doet hij uitlatingen die op het randje zijn. Zijn boodschap komt dan dreigend over. Eén keer, toen zijn mobiele telefoon uit de kleedkamer was gestolen, is hij uit zijn stekker gegaan. Hij zei te weten wie het had gedaan en een dag later was er “dief” op de deur van de locker van die persoon geschreven. [verweerder] is een gedrongen type en ziet er zeer gespierd uit. Onderling spreken wij regelmatig over [verweerder] zijn karakter en zijn dreigende voorkomen wanneer iets niet naar zijn zin gaat. Dit doen wij nog meer nu hij weg is. Toen bekend werd voor welke feiten hij was veroordeeld, hoorde ik van veel collega’s dat zij het helemaal met hem hebben gehad, vooral vanwege het herhaalde geweld tegen zijn vriendin. Dat is onder de collega’s een no-go. Wij willen niet meer met hem werken en ik zeker niet. Ik vind dat zijn lontje veel te kort is en de gevolgen daarvan kan ik niet overzien. Ik verwacht van mijn werkgever dat hij mij tegen hem zal beschermen.

2.4

Een andere anonieme werknemer van DFDS verklaart op 22 september 2016, voor zover nu van belang:

Ik vind [verweerder] een sluw type mens enerzijds en anderzijds een macho type. Ik acht hem in staat tot gewelddadig gedrag. Dat komt door zijn uiterlijk en ook doordat hij dreiging insinueert onder het mom van het maken van een grapje. Op dit moment merk ik aan collega’s dat zij bang voor hem zijn omdat mij is gebleken dat collega’s desgevraagd niet willen getuigen. Ik weet nog dat hij zijn vorige vrouw heeft mishandeld. Zij kwam uit een zigeunerfamilie. De politie is daar toen bij geweest en [verweerder] werd achterna gezeten door zijn schoonfamilie waarvoor hij moest vluchten. Op de werkvloer is hij te sluw om gekke dingen uit te halen. [verweerder] is al jaren veel ziek en onderweg en DFDS moest regelmatig inhuurkrachten inschakelen als hij weer afwezig was. (...) Na zijn arrestatie was er verbazing en verontwaardiging bij de collega’s dat hij weer een partner mishandeld had. Toen bleek ons dat het de eerste keer geen opwelling geweest is wat we eigenlijk dachten. Op de werkvloer heerst de opvatting dat vrouwen slaan echt niet kan. Ik merk dat er angst is bij mijn collega’s. Angst omdat hij zo’n explosief persoon is. Ik vind ook dat mijn werkgever moet ingrijpen en ervoor zorgt dat hij wegblijft. Mijn werkgever is weleens te meegaand. Wat mij betreft komt [verweerder] niet meer terug.

3 Het verzoek en het verweer daartegen

3.1

DFDS vraagt om ontbinding van haar arbeidsovereenkomst met [verweerder], primair vanwe-ge verwijtbaar handelen van [verweerder] dan wel een verstoorde arbeidsverhouding, subsidiair op de zogenoemde ‘restgrond’, onder de bepaling dat [verweerder] geen recht heeft op een transi-tievergoeding.

3.2

[verweerder] vraagt om afwijzing van het verzoek en, in het geval het verzoek wel wordt toe-gewezen, om toekenning van de transitievergoeding en een billijke vergoeding.

4 De beoordeling

5 De beslissing