Home

Rechtbank Limburg, 11-03-2015, ECLI:NL:RBLIM:2015:2134, 3778209 AZ VERZ 15-2

Rechtbank Limburg, 11-03-2015, ECLI:NL:RBLIM:2015:2134, 3778209 AZ VERZ 15-2

Gegevens

Instantie
Rechtbank Limburg
Datum uitspraak
11 maart 2015
Datum publicatie
13 maart 2015
ECLI
ECLI:NL:RBLIM:2015:2134
Zaaknummer
3778209 AZ VERZ 15-2

Inhoudsindicatie

ontbindingsverzoek door werknemer, neutrale ontbinding, c=1

Werknemer heeft verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingediend, nadat werkgever bij het UWV om een ontslagvergunning wegens disfunctioneren had gevraagd. Na de indiening van het verzoekschrift neemt het UWV een negatief besluit op de aanvraag omdat – kort gezegd – niet gebleken was van disfunctioneren. Uit de stellingen van partijen over en weer is de kantonrechter gebleken dat er sprake is van een gewichtige reden inhoudende een verandering in omstandigheden, die ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt. Ten aanzien van de vergoeding hebben beide partijen een duidelijke – en niet in alle opzichten positief te waarderen – rol gespeeld in het doen ontstaan van de omstandigheden die ontbinding rechtvaardigt. Daarom ziet de kantonrechter aanleiding een neutrale ontbinding tussen partijen uit te spreken

Uitspraak

Burgerlijk recht

Zittingsplaats Maastricht

Zaaknummer: 3778209 AZ VERZ 15-2

Beschikking van de kantonrechter van 11 maart 2015

in de zaak van:

[verzoeker] ,

wonend [adres],

[woonplaats],

verzoekende partij,

gemachtigde drs. P.J.A.A. Wassen bc,

tegen:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

FORTIMEDIX SURGICAL B.V.,

gevestigd te Nuth,

verwerende partij,

gemachtigde mr. J.L. Coenegracht.

Partijen zullen hierna [verzoeker] en Fortimedix genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het verzoekschrift

-

het verweerschrift

-

de nader ingezonden productie van 2 februari 2015 namens [verzoeker]

-

de brief van 25 februari 2014 met nadere productie namens [verzoeker]

-

de nader ingezonden productie van 2 maart 2015 namens [verzoeker]

-

de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling

d.d. 3 maart 2015

- de pleitnota aan de zijde van [verzoeker]

1.2.

Ten slotte is beschikking bepaald.

2 De feiten

2.1.

Tussen partijen staat vast dat [verzoeker], geboren op [geboortedatum], op

1 september 2000 bij Fortimedix in dienst is getreden. Hij is thans werkzaam in de functie Development Engineer (Specialist), tegen een loon van laatstelijk € 5.540,84 bruto per maand, exclusief 8 % vakantietoeslag en overige emolumenten.

2.2.

Toen [verzoeker] op 1 september 2000 bij Fortimedix in dienst trad, was dit in de functie van Project Manager. [verzoeker] is vervolgens van 2007 tot 2010 Product Development Manager geweest en is in 2011 de functie van Principal Development Engineer gaan vervullen. Wegens een verandering in de competentieprofielen, is de functienaam nadien in 2012 gewijzigd in Development Engineer (Specialist).

2.3.

[verzoeker] heeft op 20 juli 2010 heeft een ontwikkelassessment gemaakt, waaruit een aantal verbeterpunten naar voren zijn gekomen. Nadien heeft [verzoeker] een aantal beoordelingen gehad aan de hand van het beoordelingssysteem zoals dat bij Fortimedix wordt gehanteerd. De ‘overall’ waardering over het functioneren van [verzoeker] over de periode 2010 tot 2014 varieert tussen MSE= (Meets Some Expectations stabiel) en MSE+ (Meets Some Expectations met groei) tot ME (Meets Expectations).

2.4.

Op 27 oktober 2014 heeft [naam development manager] (hierna: [naam development manager]), Development Manager bij Fortimedix, een één-op-één gesprek gevoerd met [verzoeker]. Vervolgens heeft op 24 november 2014 wederom een gesprek plaatsgevonden tussen [verzoeker] en [naam development manager], dit maal in aanwezigheid van [naam human resource manager] (hierna: [naam human resource manager]), Human Resource Manager. Ter afsluiting van dat gesprek is met [verzoeker] afgesproken dat een vervolggesprek zou worden ingepland.

2.5.

[verzoeker] heeft zich op enig moment na 24 november 2014 (een concrete datum hebben partijen niet genoemd) ziek gemeld. In dezelfde periode heeft Fortimedix [verzoeker] formeel gewaarschuwd in verband met de volgens Fortimedix ontoelaatbare wijze waarop [verzoeker] collega’s betrok bij de inhoud van het gesprek van 24 november 2014. Fortimedix heeft [verzoeker] nadien voorgesteld een ‘time out’ te nemen en [verzoeker] vervolgens vrijgesteld van werkzaamheden. Een vervolggesprek na het gesprek van 24 november 2014 heeft niet meer plaatsgevonden.

2.6.

Op 8 december 2014 heeft Fortimedix bij het UWV een aanvraag ingediend tot het verlenen van een ontslagvergunning wegens disfunctioneren van [verzoeker]. [verzoeker] heeft verweer gevoerd.

2.7.

[verzoeker] heeft bij verzoekschrift van 19 januari 2015 het onderhavige verzoek ingediend.

2.8.

Het UWV heeft op 23 januari 2015 een beslissing genomen op de ontslagaanvraag en de gevraagde toestemming geweigerd omdat – kort gezegd – in onvoldoende mate aannemelijk is gemaakt dat er sprake is van disfunctioneren.

3 Het verzoek

3.1.

[verzoeker] verzoekt om de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst te ontbinden, wegens gewichtige redenen, meer specifiek wegens verandering in omstandigheden, onder toekenning van een vergoeding van € 209.410,00 bruto, althans onder toekenning van een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen vergoeding, op grond van verandering van omstandigheden, alsmede Fortimedix te veroordelen in de proceskosten.

3.2.

Fortimedix heeft gemotiveerd verweer gevoerd en primair verzocht om afwijzing van het verzoek. Subsidiair heeft Fortimedix het standpunt ingenomen dat in het geval de arbeidsovereenkomst dient te worden ontbonden aan [verzoeker] geen ontbindingsvergoeding dient te worden toegekend en meer subsidiair een vergoeding die niet hoger is dan C = 0,3, met veroordeling van [verzoeker] in de proceskosten.

3.3.

Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover nodig, nader worden ingegaan.

4 De beoordeling

5 De beslissing