Home

Rechtbank Leeuwarden, 24-01-2007, AZ7289, 74719 / HA ZA 06-128

Rechtbank Leeuwarden, 24-01-2007, AZ7289, 74719 / HA ZA 06-128

Gegevens

Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Datum uitspraak
24 januari 2007
Datum publicatie
1 februari 2007
ECLI
ECLI:NL:RBLEE:2007:AZ7289
Formele relaties
Zaaknummer
74719 / HA ZA 06-128

Inhoudsindicatie

Een vrouw die oogletsel heeft opgelopen nadat vuurwerk in haar nabijheid is afgestoken, stelt de Evuco Vuurwerk aansprakelijk voor de door haar geleden schade. Evuco heeft het vuurwerk in Nederland op de markt gebracht. De rechtbank komt tot het vermoeden dat het vuurwerk dat is afgestoken vlak voor de vrouw letsel opliep, afkomstig is van Evuco en acht in beginsel een causaal verband aanwezig tussen het gebrekkige product en de ontstane Evuco wordt toegelaten tot het leveren van tegenbewijs.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LEEUWARDEN

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 74719 / HA ZA 06-128

Vonnis van 24 januari 2007

in de zaak van

[eiseres],

wonende te Emmen,

eiseres,

procureur mr. J.B. Dijkema,

advocaat mr. H.J.K. Wulp te Groningen,

tegen

1. vennootschap onder firma

EVUCO VUURWERK,

gevestigd te Joure,

2. [gedaagde 2],

wonende te Joure,

3. [gedaagde 3],

wonende te Joure,

gedaagden,

procureur mr. J.V. van Ophem,

advocaat mr. E. Broeren te Eindhoven.

Partijen zullen hierna [eiseres] en Evuco (in enkelvoud) genoemd worden.

1. De procedure

1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

- de dagvaarding

- de conclusie van antwoord

- de conclusie van repliek

- de conclusie van dupliek

- de akte van Evuco

- de akte overlegging productie van de zijde van [eiseres]

- de akte uitlating productie van Evuco

1.2. Tenslotte is vonnis bepaald.

2. De feiten

2.1. Evuco is een groothandel in vuurwerk. Zij heeft het door haar uit China geïmporteerde vuurwerkpakket "Rainbow II" in Nederland op de markt gebracht. In dit pakket zit onder meer een artikel (een zogenaamde "mijn") met de naam "Sky Dancer".

2.2. De "Sky Dancer" dient op de grond te worden geplaats. Na ontsteking worden er tien "shots" afgevuurd. Deze shots behoren op meer dan 5 meter boven de grond een knal te geven en uiteen te spatten, waarbij een kleureffect optreedt.

2.3. Evuco levert vuurwerk aan hoveniersbedrijf Snoek te Grou.

2.4. [zwager derde], de zwager van [derde], heeft vuurwerk, waaronder het pakket "Rainbow II" met daarin een "Skydancer" bij hoveniersbedrijf Snoek te Grou gekocht.

2.5. [eiseres] vierde in de nacht van 31 december 2003 op 1 januari 2004 de jaarwisseling met een aantal vrienden, waaronder [derde], te Emmen aan de laan van het [A-straat].

2.6. [eiseres] heeft deze nacht omstreeks 00.15 uur een verwonding aan haar rechteroog opgelopen, waardoor [eiseres] blind aan dit oog is geworden.

2.7. [eiseres] heeft in eerste instantie [derde], die volgens haar het betreffende vuurwerk heeft ontstoken, aansprakelijk gesteld voor de door haar geleden en nog te leiden schade.

2.8. De WA-assuradeur van [derde], Generali Verzekeringsgroep, heeft in verband met deze aansprakelijkheidsstelling Biesboer Expertise B.V. opdracht gegeven het betreffende voorval te onderzoeken.

2.9. Biesboer Expertise heeft in het kader van haar onderzoek onder meer verklaringen van de bij het voorval aanwezige getuigen, [derde], [getuige 1], [getuige 2], [getuige 3], [getuige 4], [getuige 5], [getuige 6] en [getuige 7] opgenomen.

2.10. Naar aanleiding van het onderzoek heeft Biesboer Expertise op 26 april 2004 een rapport uitgebracht met daaraan gehecht de processen-verbaal van de door haar opgenomen getuigenverklaringen. In de conclusie van dit rapport stelt Biesboer Expertise onder meer het volgende:

"Resumerend wordt dan ook gesteld dat het vrijwel zeker is te achten dat het slachtoffer is geraakt door rondvliegende delen vuurwerk, welke een gevolg zijn van een ontploffende lichtkogel of mortier, afkomstig uit een vuurwerkpot of doos, voorzien van het opschrift Sky Danger en het artikelnummer 6004I. Gelet op de waarnemingen van de getuigen, de ontploffende lichtkogel of mortier betrof de tweede of derde uit een reeks welke de vuurwerkpot verliet en reeds enige hoogte had bereikt voor deze ontplofte, moet dit ontploffen een gevolg zijn van een technische mankement aan het product. Immers deze lichtkogel had bij een juiste werking, een hoogte moeten bereiken van een 10 of 15 meter voor deze ontplofte."

2.11. Bij brief van 11 januari 2005 is Evuco namens [eiseres] aansprakelijk gesteld voor de schade die [eiseres] heeft geleden en nog zal leiden.

3. Het geschil en de beoordeling

3.1. Het gaat in deze zaak - kort gezegd - om de vraag of Evuco, als producent in de zin van artikel 6:187 lid 3 BW, aansprakelijk is voor de door [eiseres] geleden schade (lichamelijk letsel) veroorzaakt door een gebrek aan het door Evuco ingevoerde en door R.G. Bartels afgestoken vuurwerk "Sky Dancer".

3.2. Evuco betwist haar aansprakelijkheid voor de door [eiseres] gestelde schade, waarbij zij haar punten van verweer als volgt rubriceert:

- [eiseres] heeft niet bewezen dat de schade is veroorzaakt door vuurwerk dat afkomstig is van Evuco;

- [eiseres] heeft niet bewezen dat het betreffende vuurwerk moet worden aangemerkt als een gebrekkig product;

- [eiseres] heeft niet bewezen dat er sprake is van causaal verband tussen de door haar gestelde schade en het gebrekkige vuurwerk.

3.3. De rechtbank zal hieronder op de diverse punten van verweer van Evuco ingaan.

herkomst vuurwerk

3.4. Evuco betwist dat de door [eiseres] gestelde schade veroorzaakt is door vuurwerk dat door haar op de markt is gebracht. Volgens Evuco stemt de door bepaalde getuigen gegeven beschrijving van het vuurwerkartikel dat de gestelde schade zou hebben veroorzaakt niet overeen met de kenmerken van het artikel "Sky Dancer". Evuco stelt bovendien dat in het rapport van Biesboer wordt gesproken van een vuurwerkproduct met de naam "Sky Danger"; een vuurwerkproduct met die naam wordt door haar niet verhandeld.

3.4.1. De rechtbank neemt de volgende omstandigheden in overweging:

Evuco erkent dat zij vuurwerk, waaronder het pakket met de "Sky Dancer" heeft geleverd aan hoveniersbedrijf Snoek te Grou, terwijl [eiseres] onbetwist heeft gesteld dat het volgens haar gebrekkige vuurwerkproduct "Sky Dancer" dat de schade heeft veroorzaakt is gekocht bij hoveniersbedrijf Snoek te Grou;

- de getuige [derde] verklaart dat hij vlak voor het voorval, waarbij [eiseres] letsel opliep, rondom een vuurwerkpot met de naam "Sky Danger" stenen ter ondersteuning heeft geplaatst en deze vervolgens heeft afgestoken; de getuigen [getuige 2], [getuige 4] en [getuige 5] verklaren in overeenstemming hiermee dat [derde] vlak voor het voorval een vuurwerkpot tussen stenen heeft geplaatst en deze vervolgens heeft afgestoken;

- uit de diverse getuigenverklaringen blijkt dat het vuurwerkproduct dat door [derde] is ontstoken vlak voordat [eiseres] letsel opliep, gelijk de "Sky Dancer", bestond uit een vuurwerkpot die seriematig enkele "shots" afvuurde die vervolgens op een hoogte van 10-15 meter uiteenspatten;

- [derde] heeft de verpakking van het door hem ontstoken vuurwerkproduct bewaard en aan Biesboer Expertise ter beschikking gesteld; de verpakking was voorzien van de naam "Sky Dancer" en de naam van Evuco als importeur.

Deze omstandigheden leiden de rechtbank tot het vermoeden dat door [derde] - vlak voordat [eiseres] letsel opliep - het van Evuco afkomstige vuurwerkproduct "Sky Dancer" is ontstoken. Evuco zal echter worden toegelaten tot het leveren van tegenbewijs hiervan. Voor de goede orde merkt de rechtbank op dat voor het slagen van dit tegenbewijs voldoende is dat het door de rechtbank aangenomen vermoeden dat door [derde] vlak voor het ongeval de "Sky Dancer" is afgestoken, wordt ontzenuwd, zodat dus niet nodig is dat het tegendeel bewezen wordt.

3.4.2. Aan hetgeen Evuco naar voren heeft gebracht over de door Biesboer Expertise in haar rapport gebruikte aanduiding "Sky Danger" gaat de rechtbank voorbij. De rechtbank neemt aan dat het hier om een kennelijke verschrijving gaat, ook al omdat door Evuco niet gesteld is dat er een vuurwerkproduct met de naam "Sky Danger" bestaat (hetgeen de rechtbank overigens ook onwaarschijnlijk acht, omdat het naamsbestanddeel "Danger" de consument niet tot aankoop zal stimuleren).

3.4.3. Hetgeen Evuco naar voren heeft gebracht over de relatie tussen het type letsel en het vuurwerkproduct "Sky Dancer" heeft betrekking op het causale verband tussen de gebrekkigheid van het product en de door [eiseres] geleden schade, welk punt hierna nog door de rechtbank zal worden behandeld.

gebrekkig product

3.5. De rechtbank komt, indien Evuco niet in het hierboven in r.o. 3.4.1 aangegeven tegenbewijs mocht slagen toe aan de behandeling van de vraag of de door [derde] ontstoken "Sky Dancer" gebrekkig in de zin van artikel 6:185 BW was. Om redenen van proceseconomie overweegt de rechtbank voor dat geval nu reeds als volgt.

3.5.1. De rechtbank constateert dat artikel 1.2.1 van het Vuurwerkbesluit als volgt luidt:

" Vuurwerk:

a. heeft een zodanige constructie, is zodanig vervaardigd en verkeert in een zodanige staat,

b. is, wat aard, samenstelling en overige eigenschappen van het materiaal betreft, zodanig, en

c. functioneert zodanig,

dat bij gebruik overeenkomstig de gebruiksaanwijzing van dat vuurwerk geen letsel of schade kan ontstaan."

3.5.2. De rechtbank stelt voorts vast dat de gebruiksaanwijzing van de "Sky Dancer" het volgende vermeldt:

"Effect hoger dan 5 meter.

Buiten gebruiken, niet in de hand houden op vlakke bodem plaatsen, aansteken en 6 meter afstand nemen."

3.5.3. De rechtbank leidt uit het bovenstaande af dat de "Sky Dancer" niet aan de gestelde eisen voldeed, en aldus kan worden beschouwd als gebrekkig product, indien één van de "shots" op minder dan 5 meter hoogte uiteen is gespat.

3.5.4. Ten bewijze van haar stelling dat één van de shots van de "Sky Dancer" op een hoogte van 2-3 meter uiteen is gespat, beroept [eiseres] zich op diverse schriftelijke getuigenverklaringen die bij het rapport van Biesboer zijn gevoegd:

- verklaring [getuige 7]:

"Op een gegeven moment ontplofte een uit deze vuurwerkpot komende lichtkogel al op een hoogte van 3 meter. Deze ontplofte dan ook dicht bij ons en het vuur van deze ontploffende lichtkogel vloog alle kanten op (…)".

- verklaring [derde]:

"Ik keek naar het door mij aangestoken vuurwerk en zag dat kleine mortieren de doos verlieten en op een hoogte van ongeveer 10 meter ontploften en daarbij effect gaven. Nadat de tweede of derde mortier de lucht in was geschoten, ontplofte er een mortier op een hoogte van 2-3 meter. Het vuurwerk van deze ontploffende mortier vloog ons om de oren, maar raakte ons niet. (…)".

- verklaring [getuige 2]:

"Op een gegeven moment schoot er een bal uit deze vuurwerkdoos omhoog, en explodeerde al toen deze nog maar een hoogte had bereikt van 1,5 - 2 meter. Het vuurwerk schoot naar meerdere zijden. Een gedeelte van het brandende vuurwerk schoot langs mij heen."

- verklaring [getuige 4]:

"U vraagt mij wat ik precies heb gezien. Ik hoorde een grote knal en zag een vuurzee op een hoogte lager dan 2 meter."

3.5.5. De rechtbank neemt op basis van deze verklaringen - die op dit punt ook niet door Evuco zijn weersproken - als vaststaand aan dat één van de shots van de door [derde] afgestoken "Sky Dancer" op een hoogte van minder dan 5 meter uiteen is gespat.

3.5.6. Evuco betwist desalniettemin dat er sprake is geweest van een gebrekkig product, omdat ze het aannemelijk acht dat de "Sky Dancer" is beschadigd door het klem zetten tussen stenen door Bakels. De rechtbank gaat aan dit verweer echter verder voorbij, omdat zij het niet ongebruikelijk acht dat een stuk vuurwerk als het onderhavige op enigerlei wordt ondersteund teneinde te voorkomen dat het omvalt, terwijl op de gebruiksaanwijzing ook niet gewaarschuwd wordt tegen zodanige ondersteuning. Evuco heeft voorts haar stelling dat door ondersteuning een lichtkogel op lage hoogte reeds tot ontploffing kan komen onvoldoende onderbouwd.

3.5.7. Het bovenstaande leidt de rechtbank - voor het geval Evuco niet in het in r.o. 3.4.1 aangegeven tegenbewijs mocht slagen - tot de conclusie dat de betreffende door [derde] ontstoken "Sky Dancer" gebrekkig was in de zin van artikel 6:185 BW.

schade

3.6. De rechtbank zal eerst ingaan op het verweer van Evuco dat een producent in de zin van artikel 6:187 lid 3 BW alleen aansprakelijk is voor de schade die een gebrekkig product veroorzaakt bij een gebruiker ervan en niet bij een derde, zoals in het onderhavige geval [eiseres]. De rechtbank leidt een dergelijke beperking niet uit de tekst van artikel 6:185 BW, noch uit de toelichting hierop af. De rechtbank zal daarom ook aan deze stelling van Evuco verder voorbij gaan.

3.7. Evuco betwist bij gebrek aan wetenschap voorts dat [eiseres] de door haar gestelde schade heeft geleden.

3.7.1. De rechtbank constateert dat [eiseres] weliswaar geen specifieke medische gegevens omtrent de door haar geleden schade heeft overgelegd, maar dat uit de bij het rapport van Biesboer gevoegde getuigenverklaringen genoegzaam blijkt dat [eiseres] ernstig letsel aan haar rechter oog heeft opgelopen.

verklaring [eiseres]:

"Op dat moment was het net of ik vanaf de zijkant een heel harde vuistslag in mijn gezicht kreeg, ter hoogte van mijn rechter oog. Daardoor viel ik direct op de grond en bemerkte dat mijn gezicht bloedde. Ik kon ook niet meer opstaan.(…) [getuige 4], een EHBO-er, heeft naar mijn oog gekeken en zag dat ik ernstig letsel had opgelopen. Hij vertelde mij later dat hij gezien had dat mijn ooglid grotendeels was losgescheurd en mijn oog zwart van kleur. Volgens hem waren dit brandsporen. Vervolgens ben ik naar het ziekenhuis gebracht. Inmiddels ben ik een paar maal geopereerd en is gebleken dat mijn rechter oog door dit voorval geheel verloren is gegaan."

verklaring [getuige 2]

"Ik keek om en zag dat mijn vriendin [eiseres] op de grond voor de woning van [derde] lag. Ik ben naar haar toe gelopen en zag dat zij een ernstige verwonding aan haar recht oog had. Direct heeft [getuige 4] 112 gebeld en vanwege het feit dat er geen ambulance beschikbaar was heeft [getuige 3] haar met de auto overgebracht naar het Scheperziekenhuis hier in Emmen. Daar is mijn vriendin nog dezelfde nacht geopereerd. vastgesteld is dat mijn vriendin door het hiervoor omschreven voorval het licht in haar rechter oog is kwijtgeraakt. dit oog is definitief verloren gegaan."

verklaring [getuige 3]

"Zij stond daar maar met haar hand voor haar oog. vervolgens zakte zij daar haar benen. Ik heb haar hierbij begeleid zodanig dat zij niet met haar hoofd tegen de muur zou vallen. Hierna zat zij op de grond. Zij zei vervolgens tegen mij dat het niet goed was en haalde haar hand even van haar oog weg. Ik zag allemaal bloed en begreep gelijk dat zij ernstig oogletsel had opgelopen. Vervolgens is 112 gebeld en heb ik haar naar het ziekenhuis gebracht."

verklaring [getuige 4]

"Ik keek vervolgens om en zag dat [eiseres] een bloedend gezicht had. Zij hield haar hand voor haar oog. Als EHBO-er heb ik naar haar oog gekeken en constateerde dat zij ernstig oogletsel had opgelopen. 112 is gebeld en vervolgens is [eiseres] overgebracht naar het ziekenhuis."

Ook uit de verklaringen van [getuige 5], [getuige 6] en [getuige 7] die op dit punt overeenstemmen met de hierboven geciteerde verklaringen, volgt dat [eiseres] ernstig letsel aan één van haar ogen heeft opgelopen.

3.7.2. De rechtbank is van oordeel dat uit de hierboven aangegeven verklaringen van de diverse getuigen voldoende aannemelijk is geworden dat [eiseres] letsel aan haar rechter oog heeft opgelopen en uit dien hoofde schade heeft geleden. Omdat Evuco de stelling dat [eiseres] schade heeft geleden enkel bloot ontkend heeft en deze ontkenning verder niet met relevante feiten en omstandigheden heeft onderbouwd, en aldus onvoldoende heeft gemotiveerd, passeert de rechtbank dit verweer. Aan de mogelijkheid van door Evuco te leveren tegenbewijs komt de rechtbank dan ook niet toe.

3.7.3. De rechtbank zal op de stelling van Evuco dat door [eiseres] onvoldoende aannemelijk is gemaakt dat er nog niet sprake is van een medische eindsituatie hierna nog ingaan.

causaal verband

3.8. De rechtbank stelt voorop dat, indien door een als onrechtmatige daad of toerekenbare tekortkoming aan te merken gedraging een risico terzake van het ontstaan van schade in het leven is geroepen en dit risico zich vervolgens verwezenlijkt, daarmee het causaal verband tussen die gedraging en de aldus ontstane schade in beginsel is gegeven. Het is dan aan degene die op grond van die gedraging wordt aangesproken om te stellen en te bewijzen dat die schade ook zonder die gedraging zou zijn ontstaan, waarbij het in het kader van het alsdan te leveren tegenbewijs voldoende is om dit laatste aannemelijk te maken (de zogenaamde "omkeringsregel").

3.8.1. Daar waar de rechtbank enerzijds - behoudens eventueel door Evuco overeenkomstig r.o. 3.4.1 te leveren tegenbewijs - tot het oordeel is gekomen dat het door [derde] ontstoken vuurwerk "Sky Dancer" gebrekkig is geweest (te vroeg uiteen gespatte shot) en anderzijds heeft geoordeeld dat [eiseres] direct nadat dit gebrek zich voordeed, letsel heeft opgelopen, is het causale verband tussen het gebrek en de ontstane schade in beginsel gegeven.

3.8.2. Indien Evuco er niet in mocht slagen tegenbewijs te leveren van het voorshands door de rechtbank bewezen geachte feit dat het vlak voor het voorval door [derde] ontstoken vuurwerk de door Evuco op de markt gebrachte "Sky Dancer" is geweest, zal Evuco worden toegelaten tot het tegenbewijs van het voorshands door de rechtbank aangenomen causaal verband.

3.9. Om redenen van proceseconomie zal de rechtbank beide hierboven aangegeven mogelijkheden tot het leveren van tegenbewijs door Evuco (zie r.o. 3.4.1 en r.o. 3.8.2) tegelijk aan Evuco geven.

schadestaatprocedure

3.10. Voor het geval Evuco er niet in mocht slagen het tegenbewijs, waartoe zij zal worden toegelaten, te leveren, overweegt de rechtbank nu alvast het volgende over de door [eiseres] gevorderde schadestaatprocedure.

3.10.1. Volgens [eiseres] is er nog geen sprake van een medische eindsituatie, met name omdat nog niet duidelijk is of zij nogmaals een operatie moet ondergaan.

3.10.2. Evuco betwist dat er nog geen sprake zou zijn van een medische eindsituatie, waarbij zij aanvoert dat [eiseres] in gebreke is gebleven met de overlegging van medische gegevens, waaruit afgeleid kan worden dat er nog verbeteringen of verslechteringen kunnen plaats vinden in het klachtbeeld.

3.11. De rechtbank stelt voorop dat er geen verwijzing naar de schadestaatprocedure dient plaats te vinden, indien de schade direct kan worden begroot. Teneinde één en ander in dit geval te kunnen beoordelen behoeft de rechtbank inlichtingen van [eiseres] omtrent haar medische situatie op dit moment. De rechtbank zal daarom, indien Evuco niet mocht slagen in het hiervoor aangegeven tegenbewijs, [eiseres] opdragen om zich bij akte - zoveel mogelijk ondersteund door schriftelijke bescheiden - uit te laten over haar medische situatie en de vraag of er in de nabije toekomst nog wijzigingen hierin te verwachten zijn.

3.12. De rechtbank zal verder iedere beslissing aanhouden.

4. De beslissing

De rechtbank

4.1. laat Evuco toe tot het tegenbewijs van het door de rechtbank aangenomen feitelijk vermoeden dat door [derde] - vlak voordat [eiseres] letsel opliep - het van Evuco afkomstige vuurwerkproduct "Sky Dancer" is afgestoken,

4.2. laat Evuco toe tot het tegenbewijs van het voorshands door de rechtbank aangenomen causaal verband tussen het gebrek aan de aldus door [derde] afgestoken "Sky Dancer" en het door [eiseres] op 1 januari 2004 omstreeks 00.15 uur opgelopen letsel aan haar rechter oog,

4.3. bepaalt dat de zaak weer op de rol zal komen van 7 februari 2007 voor uitlating door Evuco of zij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en / of door een ander bewijsmiddel,

4.4. bepaalt dat Evuco, indien zij geen bewijs door getuigen wil leveren maar wel bewijsstukken wil overleggen, die stukken direct in het geding moet brengen,

4.5. bepaalt dat Evuco, indien zij getuigen wil laten horen, de getuigen en de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden maart tot en met mei 2007 direct moet opgeven, waarna dag en uur van de getuigenverhoren zullen worden bepaald,

4.6. bepaalt dat de getuigenverhoren zullen plaatsvinden op de terechtzitting van mr. P.R. Tjallema in het gerechtsgebouw te Leeuwarden aan Zaailand 102,

4.7. bepaalt dat alle partijen uiterlijk twee weken voor het eerste getuigenverhoor alle beschikbare bewijsstukken aan de rechtbank en de wederpartij moeten toesturen,

4.8. houdt iedere verdere beslissing aan,

Dit vonnis is gewezen door mr. P.R. Tjallema en in het openbaar uitgesproken op 24 januari 2007.?