Home

Rechtbank Groningen, 26-07-2011, BS8700, 127837 - JE RK 11-505

Rechtbank Groningen, 26-07-2011, BS8700, 127837 - JE RK 11-505

Gegevens

Instantie
Rechtbank Groningen
Datum uitspraak
26 juli 2011
Datum publicatie
13 september 2011
ECLI
ECLI:NL:RBGRO:2011:BS8700
Zaaknummer
127837 - JE RK 11-505

Inhoudsindicatie

Machtiging tot uithuisplaatsing minderjarige veelpleger; traject richting zelfstandigheid proberen alvorens gesloten jeugdzorg.

Uitspraak

RECHTBANK GRONINGEN

Sector Civielrecht

zaaknr.: 127837 / JE RK 11-505

beschikking kinderrechter d.d. 26 juli 2011

inzake

* [minderjarige], geboren in de gemeente [geboorteplaats] [in 1994],

kind van:

[vader],

wonende te [adres]

en

[moeder],

wonende te [adres] .

Het gezag over voornoemde minderjarige berust bij de moeder.

PROCESGANG

Op 11 juli 2011 heeft het bureau jeugdzorg Groningen (bjz) verzocht een machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen, voor de duur van voor de duur van de ondertoezichtstelling, dus tot 13 oktober 2011.

Daarbij is overgelegd het hulpverleningsplan en het verslag van het verloop van de ondertoezichtstelling alsmede het indicatiebesluit.

Op 26 juli 2011 heeft de kinderrechter de zaak ter terechtzitting met gesloten deuren behandeld.

Gehoord zijn daarbij: de vader, de moeder en mw. I. Szabó namens bjz.

De minderjarige [minderjarige] is apart door de kinderrechter gehoord.

OVERWEGINGEN

Bij beschikking d.d. 13 oktober 2010 is de ondertoezichtstelling van voorgenoemde minderjarige opgedragen aan het bureau jeugdzorg Groningen (bjz), voor de duur van 1 jaar.

Standpunt bjz

[minderjarige] is een jongen van 16 jaar. [minderjarige] staat te boek als de jongste veelpleger van Groningen. Er is op 13 oktober 2010 een ondertoezichtstelling uitgesproken omdat er sprake was van een ontwikkelingsbedreiging. [minderjarige] ging om met verkeerde vrienden, er waren zorgen om zijn middelengebruik, er was sprake van schoolverzuim, hij vertoonde grensoverschrijdend gedrag en zijn ouders waren niet in staat om de gedragsproblemen ten goede te keren. [minderjarige] accepteert het gezag van zijn ouders niet en is zelfbepalend. Beide ouders zijn onmachtig en kunnen [minderjarige] niet voldoende aansturen. Moeder wil geen hulp in de thuissituatie. [minderjarige] heeft geen probleembesef en is niet gemotiveerd voor hulpverlening. [minderjarige] leeft volledig in het hier en nu en heeft geen toekomstperspectief. De gezinsvoogd maakt zich veel zorgen om de huidige ontwikkeling. [minderjarige] is geschorst van school omdat hij verdacht werd van diefstal, van daaruit moest hij naar mbo-rebound maar dat traject is ook mislukt omdat hij niet heeft meegewerkt aan een psychologisch onderzoek bij de FJP. De kans op recidive is hoog omdat hij nog steeds bevriend is met jongeren die politiecontacten hebben en middelen gebruiken. Vanuit de thuissituatie kan niet voldoende structuur, regels en consequenties geboden worden. Ouders hebben het opgegeven om hem nog te corrigeren en aan te sturen. Om deze negatieve ontwikkeling te stoppen is het belangrijk dat [minderjarige] voldoende sturing, controle en consequenties ervaart wat alleen door middel van een uithuisplaatsing gewaarborgd kan worden. De ouders staan achter deze beslissing.

De gezinsvoogd zal [minderjarige] aanmelden voor een 24 uurs traject richting zelfstandigheid van Elker. Aan deze uithuisplaatsing kan een dagbehandeling bij de FJP in Assen gekoppeld worden. Mocht [minderjarige] niet meewerken aan dit traject dan zal er toegewerkt worden naar het aanvragen van een machtiging gesloten jeugdzorg.

Standpunt vader

Vader is akkoord met het verzoek van bjz, [minderjarige] moet leren om afspraken na te komen.

Standpunt moeder

Moeder is akkoord met het verzoek van bjz. Moeder is bang dat [minderjarige] in gesloten jeugdzorg met verkeerde jongeren om gaat.

Standpunt [minderjarige]

[minderjarige] vindt het lastig om met anderen in een huis te wonen. Hij vindt dat niet bij hem passen. [minderjarige] zou een plaatsing in de Elker wel willen maar hij wil er eerst meer over weten. [minderjarige] beseft dat dit een laatste kans is die hem geboden wordt en dat hij nu alles moet geven.

Beoordeling door de kinderrechter

Op grond van de verkregen inlichtingen is de kinderrechter van oordeel dat de opname van de minderjarige in een dag en nacht opvang noodzakelijk is in het belang van zijn verzorging en opvoeding.

[minderjarige] zijn ouders zijn niet in staat om de gedragsproblemen ten goede te keren. [minderjarige] accepteert het gezag van zijn ouders niet en is zelfbepalend. Beide ouders zijn onmachtig en kunnen [minderjarige] niet voldoende aansturen. Vanuit de thuissituatie kan niet voldoende structuur, regels en consequenties geboden worden. De ouders hebben het opgegeven om hem nog te corrigeren en aan te sturen. Om de negatieve ontwikkeling te stoppen is het belangrijk dat [minderjarige] voldoende sturing, controle en consequenties ervaart wat alleen door middel van een uithuisplaatsing gewaarborgd kan worden. Daarbij is deelname aan de voorgestelde intensieve behandeling bij de FJP noodzakelijk. De kinderrechter heeft rekening gehouden met het feit dat de ouders van [minderjarige] achter een uithuisplaatsing staan.

De ouders dienen [minderjarige] hierin de komende tijd te stimuleren. [minderjarige] dient te beseffen dat dit een laatste kans is die hem wordt geboden. Als dit traject niet goed verloopt lijkt alleen nog gesloten jeugdzorg mogelijk.

BESLISSING

verleent machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [minderjarige] in een dag en nacht opvang, met ingang van 26 juli 2011 voor de duur van de ondertoezichtstelling, derhalve tot 13 oktober 2011.

verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.

Deze beslissing is gegeven te Groningen door mr. mr. K.R. Bosker, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. C.J. van der Meulen, griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 juli 2011.

Van deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak door indiening van een beroepschrift ter griffie van het Gerechtshof te Leeuwarden.