Rechtbank Den Haag, 16-11-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:16288, EOB-I-2022012165
Rechtbank Den Haag, 16-11-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:16288, EOB-I-2022012165
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Den Haag
- Datum uitspraak
- 16 november 2022
- Datum publicatie
- 24 januari 2025
- ECLI
- ECLI:NL:RBDHA:2022:16288
- Zaaknummer
- EOB-I-2022012165
Inhoudsindicatie
Uitspraak
Strafrecht
Lurisnummer: EOB-I-2022012165
Raadkamernummer: 22-024259
Beslissing van de rechtbank Den Haag, enkelvoudige raadkamer in strafzaken, op het beklag ex artikel 552a juncto artikel 5.4.10 van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
[klager] ,
geboren op [geboortedatum] 1968 te [geboorteplaats] ,
woonplaats kiezend op het kantoor van mr. S. Plas, advocaat, te Amsterdam, Amstelveld 7,
hierna: de klager.
1 Inleiding
Naar aanleiding van een Europees Onderzoeksbevel (hierna: EOB) van de Spaanse autoriteiten is in het kader van een strafrechtelijk onderzoek beslag gelegd op een Volkswagen T-Roc voorzien van het kenteken [kenteken 1] .
De klager heeft op 19 oktober 2022 bij deze rechtbank een beklag ex artikel 552a Sv ingediend, strekkende tot teruggave van een voertuig met kenteken [kenteken 2] alsmede een paar krukken en een kinderwagen die zich ten tijde van de inbeslagname in de auto bevonden.
2 De procedure in raadkamer
De rechtbank heeft dit beklag op 2 november 2022 in raadkamer behandeld en heeft kennis genomen van het dossier met bovengenoemd lurisnummer.
De Spaanse autoriteiten hebben in de aanhef van het door hen uitgevaardigde EOB verzocht om geheimhouding van het onderliggende onderzoek. Het EOB en de onderliggende stukken zijn daarom niet verstrekt aan de klager.
De klager, bijgestaan door mr. S. Plas, is gehoord.
De officier van justitie, mr. B. Koenders, is gehoord.
3 Het standpunt van klager
De klager heeft ter zitting toegelicht dat het klaagschrift ziet op een Volkswagen T-Roc voorzien van kenteken [kenteken 1] en dat sprake was van een kennelijke verschrijving bij opgave van het kenteken. Klager verzoekt om teruggave van zijn auto.
De advocaat van klager heeft zich op het standpunt gesteld dat de auto behoort aan klager, niet aan verdachte, en dat er kritisch moet worden gekeken of de auto binnen de reikwijdte van het EOB valt.