Home

Rechtbank Den Haag, 28-05-2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:16222, NL21.6627

Rechtbank Den Haag, 28-05-2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:16222, NL21.6627

Gegevens

Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum uitspraak
28 mei 2021
Datum publicatie
10 juni 2022
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2021:16222
Zaaknummer
NL21.6627

Inhoudsindicatie

AKT, plakvovo.

Uitspraak

Zittingsplaats Utrecht Bestuursrecht zaaknummer: NL21.6627

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

(gemachtigde: mr. F. Lavell), en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder (gemachtigde: mr. M. van der Lubbe).

Procesverloop

Bij besluit van 23 april 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure afgewezen als kennelijk ongegrond.

Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.

Het onderzoek ter zitting heeft, tezamen met de behandeling van de zaak NL21.6626, plaatsgevonden op 18 mei 2021. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Als tolk is verschenen V. Emechete. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde.

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL21.6626, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.

2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.

Deze uitspraak is gedaan door mr. J.G. Nicholson, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. E. Kersten, griffier.

De uitspraak is uitgesproken en bekendgemaakt op:

28 mei 2021

en zal openbaar worden gemaakt door publicatie op rechtspraak.nl.

Mr. J.G. Nicholson E. Kersten

Rechter Griffier

Rechtbank Midden-Nederland Rechtbank Midden-Nederland

Documentcode: [documentcode]

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.