Rechtbank Amsterdam, 31-10-2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:7432, HA RK 13-108
Rechtbank Amsterdam, 31-10-2013, ECLI:NL:RBAMS:2013:7432, HA RK 13-108
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Amsterdam
- Datum uitspraak
- 31 oktober 2013
- Datum publicatie
- 12 november 2013
- ECLI
- ECLI:NL:RBAMS:2013:7432
- Zaaknummer
- HA RK 13-108
Inhoudsindicatie
Het verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor wordt toegewezen. Het verzoek om een bepaalde getuigen te horen wordt afgewezen.
Uitspraak
beschikking
Afdeling privaatrecht
zaaknummer / rekestnummer: C/13/540040 / HA RK 13-108
Beschikking van 31 oktober 2013
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
M.M.F. HOLDING B.V.,
gevestigd te Almere,
verzoekster,
advocaat mr. Y.B. Boendermaker te Almere,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TROPICAL WORLD FOOD B.V.,
gevestigd te Uithoorn,
verweerster,
advocaat mr. H.E. van Zijll te Amsterdam.
Partijen zullen hierna MMF en TWF worden genoemd.
1 De procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- -
-
het verzoekschrift met bijlagen, ter griffie ingekomen op 16 april 2013;
- -
-
de tussenbeschikking van 20 juni 2013, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- -
-
het verweerschrift met bijlagen, ter griffie ingekomen op 26 augustus 2013;
- -
-
het proces-verbaal van de mondelinge behandeling, gehouden op 2 september 2013.
De beschikking is bepaald op heden. Partijen zijn op de hoogte gesteld van de gewijzigde beschikkingsdatum.
2 De feiten
[naam 1] (hierna: [naam 1]) is alleen/zelfstandig bevoegd bestuurder van MMF. [naam 2] is alleen/zelfstandig bevoegd bestuurder van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [bedrijf 1] (hierna: [bedrijf 1]).
Tot 30 januari 2012 waren MMF (48%), [bedrijf 1] (48%) en [naam 3] (4%) (hierna: [naam 3]) de aandeelhouders van Four Food B.V. (hierna: Four Food).
[naam 4] (hierna: [naam 4]) is – middellijk – bestuurder TWF. [naam 5] (hierna: [naam 5]) is werkzaam bij TWF.
Op 29 december 2011 hebben MMF en TWF een overeenkomst getiteld “Aanvullende intentieverklaring overdracht aandelen Four Food” gesloten. Deze intentieverklaring luidt, voor zover thans relevant, als volgt:
“(…)
Onderstaande Partijen MMF B.V. en Tropical World Food B.V. komen overeen dat zij beide inspanning zullen leveren om van Four Food B.V. een gezond bedrijf te maken:
Verder komen zij overeen dat:
- -
-
MMF B.V. recht heeft op de winst na belasting over de eerste 3 jaar (te weten 2012, 2013 en 2014) met een maximum van € 300.000,-
- -
-
Beide partijen komen ook overeen dat het resultaat eerst ten bate komt van het negatief eigen vermogen om dit om te buigen naar een positief saldo (…).
- -
-
Deze overeenkomst maakt deel uit van de totale overeenkomst tot overname van Four Food B.V. en kan derhalve niet los worden gezien. (…)
- -
-
MMF B.V. blijft gedurende de genoemde periode in dienst van Four Food B.V. als bedrijfsleider A.I., hiervoor volgt een opdracht aan MMF BV voor een periode van 3 jaar. Te weten 2012, 2013 en 201. Hiervoor betaalt Tropical World Food B.V. een vergoeding van € 59.000,- (excl. BTW) op jaarbasis
- -
-
MMF B.V. treedt toe tot het Management Team van Four Food en wordt als zodanig betrokken bij management beslissingen. (…)
- -
-
(…)
- -
-
De vordering van MMF B.V. op Four Food B.V. wordt achtergesteld en zal uiterlijk in december 2012 betaald gaan worden
- -
-
(…)
- -
-
(…)
- -
-
Definitieve afspraken worden opgenomen in de nader op te stellen notariële akte die samen valt met de overdracht van de aandelen.”
Op 30 december 2012 hebben [bedrijf 1], MMF en [naam 3] enerzijds en TWF anderzijds een koopovereenkomst gesloten met betrekking tot de verkoop van de aandelen in Four Food (hierna: de koopovereenkomst). Daarin kwamen zij overeen dat TWF de aandelen in Four Food zou kopen van MMF, [bedrijf 1] en [naam 3] tegen betaling van EUR 50.000,00 aan [bedrijf 1] en EUR 100.000,00 aan MMF en [naam 3] gezamenlijk. De overeenkomst bevat voorts de volgende bepaling:
“ 6. Overig
(…)
Deze overeenkomst bevat alle afspraken tussen partijen en treedt in de plaats van alle eerdere schriftelijke en mondelinge afspraken welke partijen ter zake hebben gemaakt. (…)”
Op 30 januari 2012 zijn de aandelen in Four Food overgedragen aan TWF. De notariële akte van verkoop, koop en levering van de aandelen luidt, voor zover thans relevant, als volgt:
“(…)
Artikel 2 Koopprijs, schuldovername en kwijting
(…)
4 Naast de koopprijs MMF Holding zal de schuld van de vennootschap (Four Food, Rb) aan MMF Holding, worden overgenomen door Koper (TWF, Rb), welke schuld zal worden achtergesteld en uiterlijk op een en dertig december tweeduizend twaalf (…) worden voldaan. (…)
Artikel 7 Bestuur
(…)
d MMF Holding zal tot uiterlijk een en dertig december tweeduizend veertien (…) als bedrijfsleider betrokken en in dienst blijven van de vennootschap, zulks tegen vergoeding van negen en vijftig duizend euro (…) per jaar en MMF Holding zal toetreden tot het zogenaamd Management Team van de vennootschap en zal als zodanig worden betrokken bij management beslissingen. De vergaderingen van dit management team zullen minimaal eenmaal per kwartaal plaatsvinden (…)”
Bij vonnis van 20 maart 2012 heeft de rechtbank Zwolle-Lelystad Four Food in staat van faillissement verklaard en [naam 6] (hierna: de curator) tot curator in het faillissement benoemd.
Het openbaar faillissementsverslag van de curator van 19 april 2012 met betrekking tot Four Food luidt, voor zover thans relevant als volgt:
“(…)
Oorzaak faillissement:
De aandelen in de failliete vennootschap zijn op 30 januari 2012 gekocht door TWF. Op 12 maart 2012, dat wil zeggen precies 6 weken later, is door de algemene vergadering van aandeelhouders van Four Food B.V. het besluit genomen om het faillissement van de vennootschap aan te vragen. Sinds haar oprichting was de onderneming die in Four Food B.V. werd gevoerd verliesgevend. (…) Ondanks het feit dat het bedrijf vanaf de oprichting verliesgevend was en er een fors negatief vermogen was opgebouwd, is er op 30 januari 2012 door TWF nog €150.000,- voor de aandelen in de vennootschap betaald. Het feit dat er een substantieel bedrag voor een verlieslatende onderneming is betaald kan slechts worden verklaard doordat Four Food B.V. er in de jaren van haar bestaan in was geslaagd om een goede positie in een bijzonder stuk van de markt te veroveren, te weten de levering van Oost-Europese, met name Poolse, producten aan supermarkten. De grote supermarktketens in Nederland werken met een beperkt aantal leveranciers. TWF is de grootste leverancier aan supermarkten van uitheemse producten in Nederland. Het deel van de markt waar TWF niet of amper in vertegenwoordigd is, is op het gebied van de Poolse producten. Door de overname van Four Food B.V. was TWF in staat om ook dat stuk van de markt aan haar pallet toe te voegen. Door TWF is voorafgaande aan de overname grondig gekeken naar de situatie waarin Four Food B.V. verkeerde (…). Onmiddellijk na de overname stelden vrijwel alle leveranciers zich op het standpunt dat er niet meer geleverd zou worden, tenzij er voor de te leveren producten onmiddellijk betaling zou volgen en bovendien de ontstane achterstanden zouden worden ingelopen. Kort na de overname heeft TWF een lening van € 100.000,- aan Four Food B.V. verstrekt. Volgens TWF was dit bedrag binnen enkele dagen uitgegeven aan schuldeisers/leveranciers van Four Food B.V. Dit behoudens een bedrag van € 25.000,- dat betrekkelijk kort na het verstrekken van de lening door Four Food weer is teruggestort op de bankrekening van TWF. (…) Doordat het bedrag (…) binnen enkele dagen als sneeuw voor de zon verdween en er volgens TWF alsmaar nieuwe lijken uit de kast vielen, heeft TWF zich, naar eigen zeggen, genoodzaakt gezien om het faillissement van Four Food B.V. aan te vragen. Een niet te verwaarlozen bijzonderheid hierbij is dat de groep van leveranciers aan supermarktketens klein en overzichtelijk is. De markt is sterk verkaveld. TWF is nu zelf in het gat gesprongen dat is ontstaan doordat Four Food B.V. uit de markt is weggevallen. (…) Een cynicus zou kunnen concluderen dat TWF aldus, ondanks het faillissement van Four Food B.V., geslaagd is haar doel te bereiken. Namelijk het “veroveren” van de markt voor Poolse producten. (…)”
3 Het verzoek
Het verzoekschrift strekt ertoe dat de rechtbank een voorlopig getuigenverhoor zal bevelen. MMF legt aan het verzoek onder meer – kort weergegeven – het volgende ten grondslag.
TWF heeft onrechtmatig jegens MMF gehandeld door bij MMF het gerechtvaardigd vertrouwen te wekken dat Four Food na de overname van de aandelen zou blijven voortbestaan en dat TWF van Four Food een grote speler in de markt zou maken. In werkelijkheid heeft TWF Four Food overgenomen met het vooropgezette plan om Four Food failliet te laten gaan om zo haar markt over te kunnen nemen. Als MMF had geweten dat TWF twee maanden na de overname de stekker uit Four Food zou halen dan had MMF nooit de koopovereenkomst met betrekking tot de aandelen in deze vorm, en met inbegrip van de managementovereenkomst, met TWF gesloten en was zij nooit akkoord gegaan met de achterstelling van haar vordering op Four Food. Met het houden van een voorlopig getuigenverhoor wil MMF, met het oog op een te entameren bodemprocedure, duidelijkheid krijgen over de gang van zaken rondom de aandelenoverdracht en het sluiten van de (management)overeenkomst. Om haar proceskansen in te kunnen schatten is het van belang om de feiten en omstandigheden omtrent de intentie van TWF met Four Food en de wetenschap van TWF ten aanzien van het faillissement van Four Food in kaart te brengen, aldus steeds MMF.
MMF wenst in beginsel de volgende getuigen te (doen) horen:
- -
-
[naam 4];
- -
-
[naam 5];
- -
-
[naam 3];
- -
-
[naam 1];
- -
-
[naam 7] (hierna:[naam 7]);
- -
-
[naam 8] (hierna: [naam 8]);
- -
-
[naam 9] (hierna: [naam 9]);
- -
-
[naam 10] (hierna: [naam 10]);
- -
-
[naam 11] (hierna: [naam 11]).
TWF verzet zich tegen inwilliging van het verzoek en voert hiertoe het volgende aan. MMF heeft (vooralsnog) geen of onvoldoende belang bij het toestaan van het voorlopig getuigenverhoor. Er loopt namelijk nog een onderzoek door de curator in het faillissement van Four Food, waarin dezelfde onderzoeksvragen een rol spelen. In die zin is het verzoek ook in strijd met de goede procesorde. Daarbij heeft MMF te weinig concrete omstandigheden en feiten aangedragen ter ondersteuning van het gestelde onrechtmatig handelen aan de zijde van TWF, er is sprake van een zogenaamde fishing expedition. Ook is er geen reden om het getuigenverhoor nu al plaats te laten vinden aangezien ook gewacht kan worden op een eventuele bewijsopdracht in een bodemprocedure. Voorts dient het verzoek te worden afgewezen omdat sprake is van misbruik van bevoegdheid. Het lijkt erop dat MMF met het horen van bepaalde getuigen TWF onder druk wil zetten en slechts tot doel heeft TWF met negatieve publiciteit. MMF heeft immers bij geen van de getuigen aangegeven waarover de betreffende getuige zou kunnen verklaren en waarom die getuige dat juist bij uitsluitsel zou kunnen, aldus steeds TWF.