Home

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 29-04-2020, ECLI:NL:OGEAA:2020:165, AUA201903417

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 29-04-2020, ECLI:NL:OGEAA:2020:165, AUA201903417

Gegevens

Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Datum uitspraak
29 april 2020
Datum publicatie
7 mei 2020
ECLI
ECLI:NL:OGEAA:2020:165
Zaaknummer
AUA201903417

Inhoudsindicatie

Het gerecht stelt de verdeling van de nalatenschap vast conform hetgeen tussen partijen is overeengekomen in de vaststellingsovereenkomst.

Uitspraak

Vonnis van 29 april 2020

Behorend bij AUA201903417

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA

VONNIS

in de zaak van:

[EISER],

wonende in Aruba,

EISERES,

hierna ook te noemen: [EISER],

gemachtigde: de advocaat mr. Z.T.M. Arendsz-Marchena,

tegen:

[GEDAAGDE],

wonende in Aruba,

GEDAAGDE,

hierna ook te noemen: [GEDAAGDE],

procederende in persoon.

1 DE PROCEDURE

1.1

Op 5 juni 2019 heeft [EISER] een verzoekschrift met producties ingediend. De zaak heeft voor het eerst voor eis gediend op de rolzitting van 22 januari 2020. Op de rolzitting van 19 februari 2020 hebben partijen, onder overlegging van een vaststellings-overeenkomst, medegedeeld dat een minnelijke regeling is bereikt. Vervolgens is vonnis gevraagd.

1.2

Vonnis is bepaald op heden.

2 DE VASTSTAANDE FEITEN

2.1 [

EISER] en [GEDAAGDE] zijn deelgenoten in de onverdeelde nalatenschap (hierna: de nalatenschap) van Keith Perugio [GEDAAGDE], overleden op 30 juni 2017.

2.2

Partijen hebben op 31 januari 2020 een vaststellingsovereenkomst gesloten waarin zij afspraken hebben gemaakt over de verdeling van de nalatenschap. In artikel 12.2 van de vaststellingsovereenkomst is bepaald:

“Partijen zullen het Gerecht in Eerste Aanleg verzoeken om in de zaak AUA201901867 de verdeling van Het Onverdeelde Nalatenschap en gemeenschap vast te stellen conform hetgeen de door partijen in deze overeenkomst is overeengekomen.”

3 DE STANDPUNTEN VAN PARTIJEN

3.1

In het inleidend verzoekschrift heeft [EISER] gevorderd om de verdeling van de nalatenschap vast te stellen op de door haar voorgestelde wijze.

3.2

In de overgelegde vaststellingsovereenkomst zijn partijen in artikel 12.2 overeengekomen om het gerecht te verzoeken om de verdeling van de nalatenschap vast te stellen conform hetgeen partijen in de vaststellingsovereenkomst zijn overeengekomen.

3.3

Het gerecht begrijpt dat [EISER] met de overlegging van de vaststellingsovereenkomst haar vordering heeft gewijzigd in die zin dat zij thans vaststelling van de verdeling vordert overeenkomstig hetgeen tussen partijen in de vaststellingsovereenkomst is overeengekomen. Het gerecht zal op de voet van de aldus gewijzigde vordering rechtdoen.

4 DE BEOORDELING

5 DE UITSPRAAK