Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 24-05-2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:426, 231 van 2017
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 24-05-2017, ECLI:NL:OGEAA:2017:426, 231 van 2017
Gegevens
- Instantie
- Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Datum uitspraak
- 24 mei 2017
- Datum publicatie
- 12 juni 2017
- ECLI
- ECLI:NL:OGEAA:2017:426
- Zaaknummer
- 231 van 2017
Inhoudsindicatie
Arubaanse strafzaak. Poging tot zware mishandeling Vrijspraak poging tot doodslag. Uit medische gegevens aard en ernst van slachtoffers letsel niet af te leiden.
Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
S T R A F V O N N I S
in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1984 in [geboorteplaats],
wonende in [woonplaats],
thans alhier gedetineerd.
1 Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 5 mei 2017. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. C.S. Edwards.
De officier van justitie, mr. E.D. Schwengle, heeft ter terechtzitting gevorderd de verdachte ter zake van het primair tenlastegelegde te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van vier jaren, waarvan één jaar voorwaardelijk, met aftrek van voorarrest en een proeftijd van twee jaren.
De raadsvrouw heeft het woord tot verdediging gevoerd.
2 Tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd:
dat hij op 10 januari 2017 in Aruba, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om opzettelijk [slachtoffer] van het leven te beroven, gewelddadig met een mes, althans een scherp voorwerp, heeft gestoken en/of gesneden
- een keer in een vinger van de rechter hand, althans in de rechterhand van die
[slachtoffer] en/of
- twee keren in de linker bovenarm (triceps) van die [slachtoffer] en/of
- een keer in het linker schouderblad, althans het bovenlichaam van die [slachtoffer]
en/of
- een keer in de rechter onderrug van die [slachtoffer],
in elk geval meermalen in het lichaam van die [slachtoffer], terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(artikel 2:259 jo artikel 1:119 van het Wetboek van Strafrecht)
althans indien ten aanzien van het vorenstaande geen veroordeling mocht kunnen volgen
dat hij op 10 januari 2017 in Aruba, ter uitvoering van het door hem voorgenomen misdrijf om aan [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen, gewelddadig met een mes, althans een scherp voorwerp, heeft gestoken en/of gesneden
- een keer in een vinger van de rechter hand, althans in de rechterhand van die
[slachtoffer] en/of
- twee keren in de linker bovenarm (triceps) van die [slachtoffer] en/of
- een keer in het linker schouderblad, althans het bovenlichaam van die [slachtoffer]
en/of
- een keer in de rechter onderrug van die [slachtoffer],
in elk geval meermalen in het lichaam van die [slachtoffer], terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(artikel 2:275 jo artikel 1:119 van het Wetboek van Strafrecht)
althans indien ten aanzien van het vorenstaande geen veroordeling mocht kunnen volgen
dat hij op 10 januari 2017 in Aruba, opzettelijk [slachtoffer] heeft mishandeld met een wapen, te weten een mes, althans een scherp voorwerp, zijnde een wapen als bedoeld in artikel 1 lid 2 van de Wapenverordening, immers heeft hij toen en aldaar opzettelijk gewelddadig met dat mes, althans dat scherp voorwerp, gestoken en/of gesneden
- een keer in een vinger van de rechter hand, althans in de rechterhand van die
[slachtoffer] en/of
- twee keren in de linker bovenarm (triceps) van die [slachtoffer] en/of
- een keer in het linker schouderblad, althans het bovenlichaam van die [slachtoffer]
en/of
- een keer in de rechter onderrug van die [slachtoffer],
in elk geval meermalen in het lichaam van die [slachtoffer], ten gevolge waarvan die [slachtoffer] lichamelijk letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
(artikel 2:273 lid 2 van het Wetboek van Strafrecht)
3 Voorvragen
Geldigheid van de dagvaarding
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke vereisten voldoet en dus geldig is.
Bevoegdheid van het gerecht
Krachtens de wettelijke bepalingen is het gerecht bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
Ontvankelijkheid van de officier van justitie
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
Redenen voor schorsing van de vervolging
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen redenen voor schorsing van de vervolging gebleken.