Home

Centrale Raad van Beroep, 22-05-2025, ECLI:NL:CRVB:2025:813, 24/102 AOW

Centrale Raad van Beroep, 22-05-2025, ECLI:NL:CRVB:2025:813, 24/102 AOW

Gegevens

Instantie
Centrale Raad van Beroep
Datum uitspraak
22 mei 2025
Datum publicatie
4 juni 2025
ECLI
ECLI:NL:CRVB:2025:813
Zaaknummer
24/102 AOW

Inhoudsindicatie

Herziening AOW-pensioen naar de norm van een gehuwde. Betrokkene leeft niet duurzaam gescheiden van zijn echtgenote door de mate van wederzijdse zorg en het regelmatige contact tussen hen.

Uitspraak

24/102 AOW

Datum uitspraak: 22 mei 2025

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 21 december 2023, 23/2702 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (Svb)

[betrokkene] te [woonplaats] (betrokkene)

SAMENVATTING

In tegenstelling tot de rechtbank oordeelt de Raad dat betrokkene en zijn echtgenote niet duurzaam gescheiden van elkaar leven. De mate van onderling contact staat naar vaste rechtspraak aan het aannemen van duurzaam gescheiden leven in de weg. De Svb heeft het AOW-pensioen van betrokkene terecht herzien naar de norm voor een gehuwde.

PROCESVERLOOP

De Svb heeft hoger beroep ingesteld. Betrokkene heeft een verweerschrift ingediend.

De Raad heeft de zaak behandeld op een zitting van 9 mei 2025. De Svb heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. E.M. Mulder. Betrokkene is verschenen.

OVERWEGINGEN

Inleiding

1. Bij de beoordeling van het hoger beroep zijn de volgende feiten en omstandigheden van belang.

1.1.

Aan betrokkene is bij besluit van 1 februari 2022 per 11 april 2022 een AOW1-pensioen naar de norm voor een ongehuwde toegekend. Op 24 maart 2022 is betrokkene gehuwd. In mei en juli 2022 heeft de Svb onderzoek gedaan naar de woonsituatie van betrokkene en zijn echtgenote. Op 28 juli 2022 is de scheiding van tafel en bed tussen betrokkene en zijn echtgenote uitgesproken.

1.2.

Met een besluit van 1 augustus 2022 heeft de Svb met ingang van 11 april 2022 het AOW-pensioen van betrokkene herzien naar de norm voor een gehuwde. Betrokkene heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt.

1.3.

Met een besluit van 21 maart 2023 (bestreden besluit) heeft de Svb het bezwaar van betrokkene ongegrond verklaard. Daarbij is overwogen dat bij scheiding van tafel en bed het huwelijk nog steeds blijft bestaan. Gelet op alle feiten en omstandigheden is er in het geval van betrokkene geen sprake van duurzaam gescheiden leven. Hoewel er geen financiële verstrengeling is tussen betrokkene en zijn echtgenote en de huishoudens strikt gescheiden zijn, hebben betrokkene en zijn echtgenote structureel en op regelmatige basis contact met elkaar. Hierdoor kan niet worden gesteld dat zij beiden een leven leiden alsof er geen huwelijk meer is.

Uitspraak van de rechtbank

2. De rechtbank heeft het beroep tegen het bestreden besluit gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en zelf voorzien door te bepalen dat betrokkene vanaf 11 april 2022 recht heeft op een ongehuwdenpensioen. Daarbij is een veroordeling uitgesproken tot vergoeding van het griffierecht aan betrokkene. De rechtbank heeft geoordeeld dat sprake is van duurzaam gescheiden leven tussen betrokkene en zijn echtgenote en een echtelijke samenleving nooit is ontstaan. Daarbij is doorslaggevend geacht dat de feitelijke situatie, zowel voor als tijdens het huwelijk en na de scheiding van tafel en bed, ongewijzigd is gebleven. Elk van de partners gaf vanuit de eigen woning hun eigen leven vorm. Betrokkene en zijn partner hebben nooit de wil gehad een echtelijke samenleving, al dan niet op verschillende woonadressen, aan te gaan. Dat sprake was van onderling contact en gezamenlijke uitstapjes, betekent volgens de rechtbank niet dat sprake was van echtelijk samenleven.

Het standpunt van partijen

3.1.

De Svb is het met de uitspraak van de rechtbank niet eens. Volgens de Svb is de rechtbank van een onjuist toetsingskader van het begrip duurzaam gescheiden leven uitgegaan. Vanuit het oogpunt van rechtsbescherming is dat niet wenselijk. De mate van onderling contact tussen betrokkene en zijn echtgenote is volgens de Svb zodanig dat van een situatie van duurzaam gescheiden leven niet kan worden gesproken.

3.2.

Betrokkene vraagt om bevestiging van de aangevallen uitspraak. Op zitting heeft betrokkene – samengevat – toegelicht dat de feitelijke situatie na de sluiting van het huwelijk niet is gewijzigd. Zijn echtgenote komt uit een conservatieve Spaanse familie. Door het huwelijk heeft betrokkene een zekere status bij de familie gekregen en wordt hij niet buiten spel gezet bij een eventueel overlijden.

Het oordeel van de Raad

Conclusie en gevolgen

BESLISSING

Bijlage: voor deze uitspraak belangrijke wettelijke regels