Centrale Raad van Beroep, 20-12-2016, ECLI:NL:CRVB:2016:5102, 14/1623 WWB-R

Gegevens

Instantie: Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak: 20 december 2016

Datum publicatie: 5 januari 2017

ECLI: ECLI:NL:CRVB:2016:5102

Formele relaties

Te rectificeren uitspraak: ECLI:NL:CRVB:2016:2576

Zaaknummer: 14/1623 WWB-R

Inhoudsindicatie

Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 12 juli 2016, 14/1623 WWB, zie ECLI:NL:CRVB:2016:5103 voor de gerectificeerde tekst.

Uitspraak

14/1623 WWB-R

Datum uitspraak: 20 december 2016

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 12 juli 2016, 14/1623 WWB

Partijen:

[appellant] (appellant) en [Appellante] (appellante) beiden te [woonplaats]

het dagelijks bestuur van de Regionale Dienst Werk en Inkomen Kromme Rijn Heuvelrug (dagelijks bestuur)

PROCESVERLOOP

De Raad heeft geconstateerd dat in de uitspraak van 12 juli 2016 met het kenmerk

14/1623 WWB een verkeerd bedrag aan proceskosten is vermeld. Vermeld staat een bedrag van € 2.480,-. Het juiste bedrag moet echter € 1.984,- zijn.

De Raad heeft daarin aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over een rectificatie van de uitspraak.

Beide partijen hebben geen reactie gegeven.

OVERWEGINGEN

De Raad wijzigt de uitspraak van 12 juli 2016 als volgt.

Pagina 5, onder onderdeel 5, wordt:

Deze kosten worden met inachtneming van het Besluit proceskosten bestuursrecht begroot op € 496,- in bezwaar, € 992,- in beroep en op € 496,- in hoger beroep voor verleende rechtsbijstand, in totaal € 1.984,-.

Pagina 6, onder BESLISSING, wordt:

- veroordeelt het dagelijks bestuur in de proceskosten van appellant tot een bedrag van

€ 1.984,-.

Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert de uitspraak van 12 juli 2016, 14/1623 WWB, als in de overwegingen is weergegeven.

Deze uitspraak is gedaan door R.H.M. Roelofs als voorzitter en F. Hoogendijk en J.L. Boxum als leden, in tegenwoordigheid van M.S. Spek als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 20 december 2016.

(getekend) R.H.M. Roelofs

(getekend) M.S. Spek