Home

Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het Verdrag van 13 april 1948 nopens de aanwijzing van de Nederlandse spoorwegstations Rotterdam C.S. en Dordrecht en de Belgische spoorwegstations Antwerpen (Centraal) en Antwerpen (Oost) tot internationale douanekantoren voor het spoorwegverkeer

Geldig vanaf 29 september 1957
Geldig vanaf 29 september 1957

Notawisseling tussen de Nederlandse en de Belgische Regering tot uitvoering van het Verdrag van 13 april 1948 nopens de aanwijzing van de Nederlandse spoorwegstations Rotterdam C.S. en Dordrecht en de Belgische spoorwegstations Antwerpen (Centraal) en Antwerpen (Oost) tot internationale douanekantoren voor het spoorwegverkeer

Besluit BWBV0005647-19570929

Versies van huidig besluit

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 29-09-1957]

Nr. IX

BELGISCHE AMBASSADE

No. 172/5862

's-Gravenhage, 26 september 1957.

Mijnheer de Minister,

Ik heb de eer Uwer Excellentie mede te delen dat de Belgische overheden een gunstig advies hebben uitgebracht - overeenkomstig artikel 1 van het Verdrag nopens de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Belgisch-Nederlandse grens, ondertekend te 's-Gravenhage op 13 april 1948 - over de aanwijzing:

  1. als internationaal douanekantoor voor het spoorwegverkeer:

    1. 1)

      de op Nederlands grondgebied gelegen spoorwegstations Rotterdam C.S. en Dordrecht;

    2. 2)

      de op Belgisch grondgebied gelegen spoorwegstations Antwerpen (Centraal) en Antwerpen (Oost);

  2. als internationale douaneweg:

    1. 1)

      het op Nederlands grondgebied gelegen baanvak der spoorwegen tussen de stations Roosendaal en Rotterdam C.S.;

    2. 2)

      het op Belgisch grondgebied gelegen baanvak der spoorwegen tussen de stations Essen en Antwerpen (Centraal).

Deze regeling zou, van Belgische zijde, op 29 september 1957 in werking kunnen treden.

Ik zou het op prijs stellen te mogen vernemen of de bevoegde Nederlandse overheden aan het bovenvermelde hun goedkeuring kunnen hechten.

Gelief, Mijnheer de Minister, de verzekering mijner bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

De Ambassadeur van België,

(w.g.) VAN DER STRATEN

Aan

Zijne Excellentie

Mr. J. M. A. H. Luns,

Minister van Buitenlandse Zaken

te 's-Gravenhage.

Nr. IX

BELGISCHE AMBASSADE

No. 172/5862

's-Gravenhage, 26 september 1957.

Mijnheer de Minister,

Ik heb de eer Uwer Excellentie mede te delen dat de Belgische overheden een gunstig advies hebben uitgebracht - overeenkomstig artikel 1 van het Verdrag nopens de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Belgisch-Nederlandse grens, ondertekend te 's-Gravenhage op 13 april 1948 - over de aanwijzing:

  1. als internationaal douanekantoor voor het spoorwegverkeer:

    1. 1)

      de op Nederlands grondgebied gelegen spoorwegstations Rotterdam C.S. en Dordrecht;

    2. 2)

      de op Belgisch grondgebied gelegen spoorwegstations Antwerpen (Centraal) en Antwerpen (Oost);

  2. als internationale douaneweg:

    1. 1)

      het op Nederlands grondgebied gelegen baanvak der spoorwegen tussen de stations Roosendaal en Rotterdam C.S.;

    2. 2)

      het op Belgisch grondgebied gelegen baanvak der spoorwegen tussen de stations Essen en Antwerpen (Centraal).

Deze regeling zou, van Belgische zijde, op 29 september 1957 in werking kunnen treden.

Ik zou het op prijs stellen te mogen vernemen of de bevoegde Nederlandse overheden aan het bovenvermelde hun goedkeuring kunnen hechten.

Gelief, Mijnheer de Minister, de verzekering mijner bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

De Ambassadeur van België,

(w.g.) VAN DER STRATEN

Aan

Zijne Excellentie

Mr. J. M. A. H. Luns,

Minister van Buitenlandse Zaken

te 's-Gravenhage.

Nr. X

MINISTERIE VAN BUITENLANDSE

ZAKEN

No. 133963

's-Gravenhage, 26 september 1957.

Mijnheer de Ambassadeur,

Ik heb de eer Uwer Excellentie de ontvangst te bevestigen van Haar brief van 26 september 1957 No. 172/5862 en moge Haar hierbij mededelen, dat ook de betrokken Nederlandse Ministers zich akkoord hebben verklaard - overeenkomstig artikel 1 van het verdrag nopens de samenvoeging van de douanebehandeling aan de Belgisch-Nederlandse grens, ondertekend te 's-Gravenhage op 13 april 1948 - met de aanwijzing:

[Red: (zoals in nr. IX)]

Deze regeling treedt in werking met ingang van 29 september 1957.

Gelieve, Mijnheer de Ambassadeur, de verzekering mijner bijzondere hoogachting wel te willen aanvaarden.

De Minister van Buitenlandse Zaken a.i.,

(w.g.) W. DREES

Zijner Excellentie

F. X. J. M. G. Baron van der

Straten-Waillet,

Ambassadeur van België

te 's-Gravenhage.