Home

Aanwijzing sociale zekerheidsfraude

Geldig van 1 april 2016 tot 1 oktober 2023
Geldig van 1 april 2016 tot 1 oktober 2023

Aanwijzing sociale zekerheidsfraude

Besluit 2016A001

Versies van huidig besluit

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-07-2022 tot 01-10-2023]
[Regeling ingetrokken per 01-10-2023]

Samenvatting

Deze aanwijzing betreft het opsporings- en vervolgingsbeleid met betrekking tot fraude met uitkeringen, verstrekt krachtens de sociale zekerheidswetgeving. Een strafrechtelijke interventie vindt in beginsel pas plaats wanneer er sprake is van een benadelingsbedrag van € 50.000,– of meer, maar hierop zijn in de aanwijzing diverse uitzonderingen gemaakt.

Voor de toepassing van deze aanwijzing is beslissend of de zaak materieel onder de omschrijving sociale zekerheidsfraude valt en doet niet ter zake ten titel van welk(e) strafbepaling(en) wordt opgespoord en vervolgd.

Deze aanwijzing is in principe niet van toepassing op de opsporing en vervolging van personen die zelf geen uitkeringsgerechtigde zijn, en die verdacht worden van het plegen van of deelneming aan een bepaalde vorm van sociale zekerheidsfraude of van het plegen van strafbare feiten, die met sociale zekerheidsfraude samenhangen.

Definities

Sociale zekerheid: uitkeringen verstrekt krachtens de in de aanhef genoemde wetten, dan wel overige sociale voorzieningen en/of wetten.

Sociale zekerheidsfraude: het verstrekken van onjuiste en/of onvolledige gegevens, dan wel het verzwijgen of niet (tijdig) verstrekken van, voor de bepaling van het recht op uitkering en de duur en hoogte van de uitkering relevante gegevens, met als gevolg dat een uitkering geheel of ten dele ten onrechte wordt verstrekt. Opsporing en vervolging zullen in het algemeen gestoeld zijn op art. 225 WvSr, de bijzondere strafbepalingen, opgenomen in de sociale zekerheidswetgeving (voor zover nog aanwezig) en de artt. 227 a en 227 b, of art. 447 c en 447 d WvSr. In een enkel geval wordt art. 326 WvSr nog wel gehanteerd.

Nadeel: het brutobedrag dat ten onrechte ten laste van de uitvoerende instantie(s) is gekomen. Afgedragen of af te dragen loonbelasting en eventuele premies zijn derhalve in het nadeel begrepen.

Gesanctioneerde overtreding: een overtreding waarvoor een bestuurlijke maatregel of boete, dan wel een strafrechtelijke sanctie is opgelegd. De eerder opgelegde sanctie moet blijken uit een afschrift van de bestuurlijke maatregel- of boetebeschikking, en/of een uittreksel uit het justitieel documentatieregister.

1. Nadeel nader uitgewerkt

2. Keuze straf- of bestuursrecht

2.1. Onderscheid in twee categorieën

2.2. Categorie I zaken

2.3. Categorie II zaken

3. Internationaal opsporingsonderzoek en strafrechtelijke vervolging

4. Ontneming

Overgangsrecht