Home

Besluit beheer autowrakken

Geldig van 1 januari 2018 tot 19 april 2023
Geldig van 1 januari 2018 tot 19 april 2023

Besluit beheer autowrakken

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 01-01-2018 tot 19-04-2023]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 5 november 2001, nr. MJZ2001120 768, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op richtlijn nr. 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 18 september 2000 betreffende autowrakken (PbEG L 269), de artikelen 1.1, derde lid, 8.2, tweede lid, 8.40, 8.44, eerste lid, 8.45, 10.15 tot en met 10.17, 10.22, tweede lid, en 10.61 van de Wet milieubeheer en artikel 119a van het Wetboek van Strafvordering;

De Raad van State gehoord (advies van 22 maart 2002, nr. W08.01.0588/V);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 22 mei 2002, nr. MJZ2002043263, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover het betreft de onderdelen e en f in afwijking van artikel 1.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer, verstaan onder:

  1. voertuig:

    1. 1°.

      bedrijfsauto als bedoeld in artikel 1.1 van de Regeling voertuigen met een maximum gewicht van ten hoogste 3500 kilogram;

    2. 2°.

      bromfiets als bedoeld in artikel 1.1. van de Regeling voertuigen, niet zijnde een voertuig op twee wielen, of

    3. 3°.

      personenauto als bedoeld in artikel 1.1 van de Regeling voertuigen;

  1. b.

    autowrak: voertuig dat een afvalstof is in de zin van artikel 1.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer;

  2. c.

    de producent: degene onder wiens verantwoordelijkheid in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf voertuigen worden vervaardigd en als eerste in Nederland aan een ander ter beschikking worden gesteld;

  3. d.

    de importeur: degene onder wiens verantwoordelijkheid in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf voertuigen binnen Nederlands grondgebied worden gebracht en als eerste in Nederland aan een ander ter beschikking worden gesteld;

  4. e.

    preventie:

    1. 1°.

      vermindering van de hoeveelheid autowrakken en van de daarin aanwezige materialen en onderdelen, en

    2. 2°.

      vermindering van de schadelijkheid voor het milieu van autowrakken en van de daarin aanwezige materialen en onderdelen;

  5. f.

    verwerking: activiteiten na de afgifte van een autowrak aan een inrichting voor de verwijdering van gevaarlijke afvalstoffen, demontage, versnijding, shredding, nuttige toepassing of voorbewerking voor de verwijdering van shredderafval, en elke andere handeling voor de nuttige toepassing of verwijdering van autowrakken en onderdelen daarvan;

  6. g.

    hergebruiken als product: opnieuw gebruiken van onderdelen van autowrakken voor hetzelfde doel als waarvoor ze zijn ontworpen;

  7. h.

    terugwinning van energie: gebruik van brandbare afvalstoffen om energie op te wekken door directe verbranding met of zonder andere afvalstoffen, en met terugwinning van de als gevolg daarvan opgewekte warmte;

  8. i.

    hergebruiken als materiaal: na een be- of verwerking opnieuw gebruiken van materialen van autowrakken voor hetzelfde doel als waarvoor ze zijn ontworpen of voor andere doeleinden, daaronder niet begrepen terugwinning van energie;

  9. j.

    gevaarlijke stof: stof waarvoor de criteria van een of meer van de volgende gevarenklassen of categorieën van bijlage I bij de EG-verordening indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels vervuld zijn:

    1. 1°.

      de gevarenklassen 2.1 tot en met 2.4, 2.6 en 2.7, 2.8 typen A en B, 2.9, 2.10, 2.12, 2.13 categorieën 1 en 2, 2.14 categorieën 1 en 2, en 2.15 typen A tot en met F,

    2. 2°.

      de gevarenklassen 3.1 tot en met 3.6, 3.7 schadelijke effecten op de seksuele functie en de vruchtbaarheid of de ontwikkeling, 3.8 andere effecten dan een narcotische werking, 3.9 en 3.10,

    3. 3°.

      de gevarenklasse 4.1,

    4. 4°.

      de gevarenklasse 5.1;

  10. k.

    vergunning: omgevingsvergunning voor een inrichting;

  11. l.

    shredderinstallatie: toestel dat voor het stuktrekken of versnijden van autowrakken wordt gebruikt;

  12. m.

    autowrakkenrichtlijn: richtlijn nr. 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 18 september 2000 betreffende autowrakken (PbEG L 269).

Artikel 2

1.

De artikelen 3, 4, 8, onder b en c, 9 tot en met 11 en 15, vierde lid, zijn niet van toepassing op voertuigen als bedoeld in artikel 1, onder a, onderdeel 2°.

2.

Dit besluit is niet van toepassing op producten voorzover daaromtrent regels zijn gesteld in de Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, het Besluit beheer batterijen of accu’s 2008 of de Regeling beheer batterijen en accu’s 2008.

§ 2. Preventie

Artikel 3

Artikel 4

§ 3. Afgifte, inname en verwerking

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 8a

§ 4. Hergebruik en nuttige toepassing

Artikel 9

§ 5. Aanduiding en demontage-informatie

Artikel 10

Artikel 11

§ 6. Mededeling en verslaglegging

Artikel 12

Artikel 13

Artikel 14

Artikel 15

Artikel 16

§ 7. Slotbepalingen

Artikel 17

Artikel 18

Artikel 19

Artikel 20

Artikel 21

Artikel 22

Artikel 23

Artikel 24

Artikel 25

Bijlage [Vervallen per 01-01-2011]