Planwet verkeer en vervoer
Planwet verkeer en vervoer
Opschrift
Aanhef
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is voor het voeren van een samenhangend verkeers- en vervoerbeleid, waarbij de drie bestuurslagen zijn betrokken, een planstructuur te introduceren;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
Paragraaf 1. Algemeen
Artikel 1
In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
Onze Ministers: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat tezamen met Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;
essentiële onderdelen van het nationale verkeers- en vervoerplan: de nationale doelstellingen en de andere onderdelen van het nationale verkeers- en vervoerbeleid, die in dit plan als zodanig worden aangemerkt;
essentiële onderdelen van het provinciale verkeers- en vervoerplan: provinciale doelstellingen en andere onderdelen van het provinciale verkeers- en vervoerbeleid die een uitwerking vormen van de essentiële onderdelen van het nationale verkeers- en vervoerplan.