In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Onze Minister: Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;
wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;
motorrijtuigen: alle voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig dan wel door elektrische tractie met stroomtoevoer van elders;
aanhangwagen: een voertuig dat kennelijk is bestemd om te worden voortbewogen door een motorrijtuig. In het bepaalde krachtens deze wet kan onder aanhangwagen tevens worden verstaan een voertuig dat kennelijk is bestemd om te worden voortbewogen door een ander voertuig dan een motorrijtuig;
bromfietsen: motorrijtuigen op twee of drie wielen, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van niet meer dan 45 km per uur en uitgerust met een verbrandingsmotor met een cylinderinhoud van ten hoogste 50 cm3 of met een elektromotor, alsmede motorrijtuigen die zijn voorzien van een bij algemene maatregel van bestuur vastgestelde aanduiding; als bromfietsen worden mede aangemerkt vierwielige motorrijtuigen:
met een ledige massa van minder dan 350 kg, de massa van de batterijen in elektrische voertuigen niet inbegrepen,
met een door de constructie bepaalde maximum snelheid van niet meer dan 45 km per uur, en
uitgerust met een verbrandingsmotor met elektrische ontsteking met een cylinderinhoud van ten hoogste 50 cm3 of uitgerust met een ander type motor met een netto maximum vermogen van ten hoogste 4 kW;
typegoedkeuring: goedkeuring van tot een bepaald type behorende voertuigen, voertuigonderdelen, uitrustingsstukken of voorzieningen ter bescherming van weggebruikers en passagiers;
kenteken: een kenteken als bedoeld in artikel 36;
kentekenbewijs: een kentekenbewijs als bedoeld in artikel 36;
kentekenregister: het register, bedoeld in artikel 42;
keuringsbewijs: een keuringsbewijs als bedoeld in artikel 72;
[ Dit onderdeel is nog niet geldend;]
[ Dit onderdeel is nog niet geldend;]
bestuurder van een motorrijtuig: degene die het motorrijtuig bestuurt of degene die, overeenkomstig de bij algemene maatregel van bestuur gestelde voorwaarde, wordt geacht het motorrijtuig onder zijn onmiddellijk toezicht te doen besturen;
houder van een motorrijtuig of een aanhangwagen: degene die het voertuig:
- 1°.
op grond van een overeenkomst van huurkoop onder zich heeft,
- 2°.
in vruchtgebruik heeft, of
- 3°.
anderszins, anders dan als eigenaar of bezitter, tot duurzaam gebruik onder zich heeft.
- 1°.