Toekenning Frans ‘avoir fiscal’ respectievelijk Britse ‘tax credit’ aan in Nederland wonende of gevestigd zijnde aandeelhouders
Toekenning Frans ‘avoir fiscal’ respectievelijk Britse ‘tax credit’ aan in Nederland wonende of gevestigd zijnde aandeelhouders
Besluit 079-2810
- Opvolgende besluiten
- IFZ2006/351M
- Versies van huidig besluit
Opschrift
1. Inleiding
Nederland hanteert met betrekking tot winstuitdelingen door een in Nederland gevestigd lichaam het zogenaamde ‘klassieke stelsel’. Dit houdt in dat, nadat over de behaalde winst vennootschapsbelasting bij het lichaam is geheven, dat deel van de winst dat wordt uitgedeeld, behoudens de toepassing van de deelnemingsvrijstelling, nogmaals bij de aandeelhouders wordt belast.
Een aantal landen heeft evenwel in de afgelopen jaren een zogenaamd verrekeningsstelsel ingevoerd. In dit stelsel – dat in een aantal varianten voorkomt – kan de vennootschapsbelasting die kan worden toegerekend aan de winst waaruit door een lichaam uitdelingen worden gedaan, geheel of gedeeltelijk worden verrekend met de belasting die door de aandeelhouders is verschuldigd terzake van de door het lichaam betaalde dividenden.
Zowel het in Frankrijk geldende stelsel als het stelsel dat per 6 april 1973 in het Verenigd Koninkrijk is ingevoerd, vormen varianten van dit verrekeningsstelsel.
Beide varianten hebben gemeen dat zij in beginsel slechts toepassing vinden ten aanzien van in Frankrijk, respectievelijk het Verenigd Koninkrijk wonende of gevestigde aandeelhouders.
Toepassing in enigerlei vorm ten aanzien van niet in Frankrijk c.q. het Verenigd Koninkrijk wonende of gevestigde aandeelhouders is slechts mogelijk indien een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting daarin voorziet.
Mede in verband hiermede is tussen Nederland en Frankrijk op 16 maart 1973 een nieuwe Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting gesloten, die onder meer in de toekenning van een ‘avoir fiscal’ aan inwoners van Nederland voorziet. Voorts is de Nederlands-Britse Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting van 1967 gewijzigd bij het Protocol van 22 maart 1977. Dit Protocol voorziet in de toekenning van een ‘tax credit’ aan inwoners van Nederland.
Ter bevordering van een juiste aanslagregeling van de in Nederland wonende of gevestigde aandeelhouders van Franse resp. Britse vennootschappen wordt in het hiernavolgende een uiteenzetting gegeven van het Franse resp. Britse stelsel en van de consequenties die daaruit voor de Nederlandse belastingheffing voortvloeien in het licht van de hiervoor genoemde overeenkomsten tot het vermijden van dubbele belasting.
2. Frankrijk, toekenning ‘avoir fiscal’ aan inwoners van Nederland
a. Het Franse stelsel
In het Franse stelsel wordt bij uitdeling aan een in Frankrijk wonende aandeelhouder in principe de helft van de door een lichaam betaalde vennootschapsbelasting (tarief thans 50%) die aan de uitdeling kan worden toegerekend, verrekend met de door de aandeelhouder verschuldigde inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting. Dit ‘avoir fiscal’ wordt zelf ook als dividend aangemerkt. In cijfers werkt een en ander als volgt:
winst |
400 |
|
vennootschapsbelasting -/- |
200 |
|
beschikbaar voor uitdeling |
200 |
|
gereserveerd |
100 |
|
uitdeling |
100 |
|
daaraan verbonden ‘avoir fiscal’ |
50 |
(50% van de uitdeling) |
aandeelhouder geeft aan |
150 |
|
en kan verrekenen |
50 |
De toekenning van het ‘avoir fiscal’ is nauw verbonden met integrale belastingheffing van de aan de dividenden ten grondslag liggende winst in Frankrijk. Op de bestanddelen van de winst die, bijvoorbeeld omdat deze uit het buitenland afkomstig zijn, niet aan Franse vennootschapsbelasting zijn onderworpen, wordt bij uitdeling een compenserende heffing gelegd. Deze heffing, ter grootte van 1/3 van de uitdeling, wordt ‘précompte’ genoemd.
Aandeelhouders die geen recht hebben op het ‘avoir fiscal’ kunnen aanspraak maken op teruggaaf van de te hunnen laste gekomen ‘précompte’.
b. Toepassing ten aanzien van inwoners van Nederland
De toekenning van het Franse ‘avoir fiscal’ aan in Nederland wonende aandeelhouders is geregeld in artikel 10 van de Nederlands-Franse Overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting van 1973. De Franse voorschriften tot uitvoering van de Overeenkomst zijn opgenomen in het boekwerk IFZ onder nr. 101.00.70. Voorts is een bijzondere regeling, geldend voor in Nederland gevestigde beleggingsinstellingen en pensioen- en spaarfondsen, opgenomen in boekwerk IFZ onder nr. 101.00.71.
Ingevolge het bepaalde in artikel 10, derde lid, van de Overeenkomst krijgen inwoners van Nederland ter zake van dividenden waaraan voor inwoners van Frankrijk een ‘avoir fiscal’ zou zijn verbonden, onder bepaalde voorwaarden recht op een betaling door de Franse schatkist ter grootte van het ‘avoir fiscal’. Op deze betaling hebben recht de volgende inwoners van Nederland:
natuurlijke personen: op dividend en ‘avoir fiscal’ tezamen wordt 15% Franse bronbelasting ingehouden (formulier RF 1);
lichamen, die ter zake van de dividenden aan Nederlandse vennootschapsbelasting zijn onderworpen (in het algemeen dus een deelneming houden van minder dan 5%): op dividend en ‘avoir fiscal’ tezamen wordt 15% Franse bronbelasting ingehouden (formulier RF 1);
beleggingsinstellingen, spaar- en pensioenfondsen, onder bepaalde voorwaarden (formulier RF 6).
Inwoners van Nederland die geen recht kunnen doen gelden op betaling van het ‘avoir fiscal’ – met name dus lichamen bij wie de Franse dividenden onder de deelnemingsvrijstelling vallen – hebben in voorkomende gevallen recht op teruggaaf van de te hunnen laste gekomen ‘précompte’ (artikel 10, vierde lid, van de Overeenkomst). De Franse belasting over dividend en précompte tezamen bedraagt 15%, indien de deelneming minder bedraagt dan 25%, en 5% bij een deelneming van 25% of meer (formulier RF 2).
De regeling vindt toepassing met betrekking tot dividenden die op of na 29 maart 1974 zijn betaald.